Je kunt het naïef noemen, pretentieus ook, dat zo’n nat achter de oren, met Obama dwepende, Rokjesdag bezingende kleinkunstclown aankondigt dat hij in 2025 minister-president van het Koninkrijk der Nederlanden wil worden, ook al is het dan vooralsnog fictief. Maar tegelijkertijd is het ook verfrissend dat iemand die terechte kritiek uit op de huidige situatie het daar niet bij laat. Dat iemand cynisme ziet als instrument, als onderdeel van ontwikkeling, als valkuil ook wellicht, maar zeker niet als eindstation. Dat humor en idealisme elkaar niet hoeven te bijten. Dat niet eerst alles kapot hoeft voordat we verder kunnen met bouwen.
Jongensboek
Maar Fretz 2025 heeft meer te bieden dan de hoopvolle, ietwat zoetsappige woorden die de jonge schrijver uitsprak bij Pauw & Witteman. De roman laat zich lezen als een jongensboek, waarin Johan Fretz zichzelf neerzet als de eeuwige spectator in een talentvol gezelschap dat vooral demonstratief jong is. Terwijl zijn vrienden zuipen, neuken en snuiven dat het een lieve lust is, doorkruist Johan alle feestjes op zoek naar de zorgeloosheid die om hem heen ontploft. Veel contemplatie, weinig penetratie, dat werk. Het zijn ook de mannelijke personages die het meest tot de verbeelding spreken. Zijn vrienden ‘Willem Bosch’ en ‘Arno Hessels’ hebben veruit de beste oneliners en trappen hem met elke rake opmerking een stukje verder in de juiste richting.
De vrouwen in het boek zijn vooral ongrijpbare wezens. Een vleselijke bron van verwondering. Al is Fretz’ beschrijving van zijn moeder en de pittige Duitse die hem ontmaagdt stukken levendiger dan die van zijn verloren, geïdealiseerde liefde. In het boek houdt Fretz zichzelf voor dat liefde en geluk grootsheid in de weg staan en stort hij zich met overgave op zijn nieuwe toekomst als redenaar, speech schrijver en uiteindelijk; politicus. Een ander soort politicus dan de man voor wie hij speeches schrijft, voor wie hij diep respect heeft, maar wiens partijretoriek hij genadeloos fileert. Het zijn die autobiografische fragmenten die het boek de moeite waard maken om te lezen en laten zien dat er inzicht schuilgaat achter zijn ronkende, Amerikaans klinkende emospeeches.
Gevaarlijke grens
Hoewel de jonge Fretz zich zeer bewust is van zijn talenten, zijn het de mensen om hen heen die hem echt laten groeien. Het verhaal van Fretz 2025 is er een van ontmoetingen, van gesprekken en natuurlijk van speeches. Door de a-chronologische vertelstijl zijn de meeste gebeurtenissen reeds vooraf aangekondigd, maar in plaats van dat het stoort krijgt het verhaal daardoor juist vaart. De schrijfvaardigheid en zelfspot van Fretz’ voorkomen, samen met de boeiende dialogen, dat het boek verzuipt in pathos, of zoals hij het zelf zegt:
“Ik balanceerde op de gevaarlijke grens van romantiek en pathetiek die ik zo goed kende van mezelf, maar ik had het onder controle. Ik bleef overeind.”
Humor, sympathieke personages en de vertelstijl maken dit boek, waarbij feit en fictie volledig door elkaar heenlopen op een manier die doet denken aan de Amerikaanse serie The West Wing. Een groter compliment durf ik niet te maken.
Joyce Brekelmans heeft twee keer hardop gelachen om dit boek en een stiekem traantje weggepinkt om het einde.