Over het niveau van de Nederlandse en Ierse voetballers valt te discussiëren, maar er is één team waar we amper wat van horen op dit EK: het scheidsrechtersgilde. En net als bij keepers is het bij scheidsrechters zo: geen nieuws, goed nieuws. En dat komt het voetbal ten goede.
De scheidsrechter staat in het veld om het spel eerlijk te laten verlopen, te straffen waar nodig en buiten dat zo onopvallend mogelijk te zijn. En dat lukt vooralsnog prima in Polen en Oekraïne.
Niet fluiten
Hoe val je minder op? Door niet te fluiten. De scheidsrechters laten bijna alles gaan, tenzij er duidelijk sprake is van een overtreding.
Voordelen
Door het weinige fluiten zit er veel meer snelheid in het spel, zoals je dat bijvoorbeeld in de Premier League vaak ziet. Ook worden verdedigers minder vaak in bescherming genomen. Als een verdediger weet dat hij niet, als hij het gras raakt, een vrije trap mee krijgt blijft hij langer overeind staan, omdat een aanvaller anders een vrij doorgang heeft.
En hebben we al schwalbes gezien? Ja, maar er wordt amper voor gefloten. En dat resulteert weer in minder schwalbes. Je hebt dan veel meer kans op een doelpunt als je gewoon op je stelten blijft staan en dat hebben spelers natuurlijk ook door.
Doorgaan
Wat over blijft is veel doorvoetballen, na vallen direct weer opstaan en niet mekkeren. En pas optreden als het nodig is. Niet schromen om rood te trekken bij een smerige tackle.
Dat komt het voetbal ten goede. Zelden staat het spel stil. Het is dan ook te hopen dat de scheidsrechters op deze voet blijven doorgaan, zodat dit beleid over uitgerold wordt. Meer voetbal, meer waar voor je geld, minder gefluit.