‘Een verstokte drinker’ noemde Eurogroep-voorzitter Jeroen Dijsselbloem zijn voorganger Jean-Claude Juncker ooit. Iedereen die wel eens een late persconferentie van de Luxemburgse politicus heeft bijgewoond, kan getuigen dat hij daarmee de spijker op zijn kop sloeg. Juncker spreekt vanaf een uur of tien ’s avonds duidelijk met dubbele tong en spreidt daarbij een joligheid ten toon die je anders alleen in kroegen en op bruiloftsfeesten tegenkomt. Volgens ooggetuigen begint Juncker vaak al rond het lunchuur met innemen en wijkt de fles de rest van de dag niet meer van zijn zijde. Als ook maar de helft van de verhalen die over hem de ronde doen een kern van waarheid bevat, is de man zowat permanent in de lorum.
Toch kreeg Dijsselbloem al snel spijt van zijn openhartige kwalificatie. Want Juncker mag dan met grote regelmaat te diep in het glas kijken, hij was ook de nummer één van de machtige christen-democratische EVP bij de Europese verkiezingen vorig jaar. En dus werd hij voorzitter van de Europese Commissie. En dus kreeg hij een dikke vinger in de pap bij het verdelen van de mooie posten die in Brussel vacant komen na verkiezingen.
Dijsselbloem wilde graag eurocommissaris en ‘begrotingstsaar’ worden, een verlangen dat in normale omstandigheden verre van kansloos zou zijn geweest. Maar nadat hij de grote Jean-Claude tegen zich in het harnas had gejaagd, kon de PvdA’er die ambitie wel vergeten. Want welke vitale lichaamsdelen van de Luxemburger ook door alcoholmisbruik mogen zijn aangetast, aan zijn geheugen mankeert niets. En zijn tenen lijken van bovengemiddelde lengte.
Hoewel Dijsselbloem al snel excuses aanbood voor zijn openhartige uitspraken, liep hij zijn droombaan in Brussel dan ook hopeloos mis. Maar daarmee was de kous niet af. Want de Nederlander heeft zijn Europese aspiraties nog lang niet opgegeven. Eurocommissaris mag er niet meer inzitten, Dijsselbloem wil wel graag voorzitter van de Eurogroep blijven. En dat wordt een stuk moeilijker als Juncker hem daarin dwarsboomt. De Luxemburgse drinkebroer gaat weliswaar niet over deze benoeming, hij zit in een positie waarin hij achter de schermen een hoop schade kan aanrichten.
Dijsselbloem blijft daarom akelig vriendelijk tegen Juncker. Bij het zoveelste topberaad over Griekenland deze week was zelfs te zien hoe hij hem kuste, daarbij dapper de alcoholwalm negerend die de commissievoorzitter ongetwijfeld verspreidde. Wie tot zoiets bereid is, schrikt nergens meer voor terug.
De vraag is alleen waarom Dijsselbloem zo dolgraag aan het roer van de eurogroep wil blijven staan. Het gaat uiteraard om een prestigieuze functie, maar ijdelheid kan toch niet zijn enige motief zijn? Dijsselbloem zit niet om werk verlegen, want een minister van Financiën heeft genoeg omhanden. Ook is het moeilijk te zien welk profijt Nederland heeft van het Eurogroep-voorzitterschap. Zolang Dijsselbloem dit gezelschap leidt, kan hij niet opkomen voor de Nederlandse belangen, want een voorzitter moet objectief zijn, of op zijn minst de schijn uitstralen. En als het nu nog een leuk baantje was. Maar wat kan er leuk zijn aan voortdurend naar het gedraai en de uitvluchten van de Griekse regering te moeten luisteren?
Als Dijsselbloem nu eens opnieuw een interview gaf over Juncker. En als hij daarin eens ronduit zei wat hij echt vindt van het Luxemburgse drankorgel. Dan is de Spanjaard Luis De Guindos binnenkort Eurogroep-voorzitter en mag Dijsselbloem zich helemaal concentreren op het Nederlandse financieringstekort en de beursgang van ABN Amro. En dan kan hij Juncker voortaan gewoon een knietje geven als die weer wil zoenen.