De opkomst van de kettingbrieven op Facebook zet zich in haar vaste patroon door en we zijn inmiddels aangekomen bij het stadium waarin er vooral op zielige kinderen gewezen moet worden. En laten we critici vast voorzijn: het is natuurlijk ook heel erg, een kind van vier wiens leven amper begonnen is, dat al moet vechten tegen kanker of een andere vreselijke ziekte. En u vindt misschien dat we juist daarom wel af en toe een paar minuten stil mogen staan bij zoveel leed, alleen het punt is: het wordt gewoon te veel. First world problem of niet: feit blijft dat je in een zee van zielige posts eigenlijk steeds minder registreert. Mensen die zielige foto’s doorsturen zouden zouden eens bij zichzelf te rade moeten gaan wat hun doel nu precies is. “Als je dit niet doorstuurt heb je geen hart”? Als je steeds dingen doorstuurt help je mee aan het murw maken van je eigen vrienden, like it or not. En dan hebben we het nog niet eens over de ouderwetse hoaxes waarin Bill Gates een dollar over maakt voor elke keer dat je iets doorstuurt.
Je kunt er nooit iets tegen hebben
‘Zielige’ kinderen zijn net als hulpbehoevende dieren het ideale deelmateriaal. Wie wil er nou tegen hulpbehoevende kinderen te keer gaan? Je kunt gewoonweg niet zeggen dat je het vervelend vindt, want dan ben je natuurlijk automatisch de gelukkige first world eikel die niet eens twee minuten van zijn leven om die ander wil geven. Door sommigen wordt de bedoeling nog expliciet meegegeven: wel delen hoor, want anders geef je niet om je medemens. Je kunt veel zeggen, maar de symboliek is wel lekker duidelijk. Cynisch, misschien, maar het delen is inderdaad pure symboliek gewonden. “Kijk eens hoeveel ik om mijn medemens geef!” Terwijl het juist in dit geval toch eigenlijk gek is, dat je dat nog moet laten zien.
Wals je al vindt dat toch eigenlijk niemand kan vinden dat kinderen (of eigenlijk wie dan ook) maar het beste dood kan gaan, waarom moeten er daarom nog banners en foto’s gedeeld worden? Omdat mensen anders gaan twijfelen? Als je niet elke maand een foto van een stervend kind deelt, zou men weleens kunnen gaan denken dat je stiekem op doden hoopt? Wat is dat voor onzin?
Het delen van dergelijke foto’s en acties is een mooi voorbeeld van de werking van sociale netwerken. Net als het bewerken van je avatar is het delen van de kinderfoto’s een statement, “Hier sta ik voor.” Natuurlijk zijn er veel mensen die alleen gericht acties van goede doelen steunen, maar de foto-delers bakenen zichzelf als groep af en weten zo ook elkaar te herkennen. Eigenlijk zeggen de leuke doemoeders op deze manier tegen elkaar “kijk, ik ben een spontane gewetensvolle leuke vrouw die geeft om de wereld”. En ze zien van elkaar dat het goed is. Bevestiging zoeken en vinden bij elkaar: een mooi voorbeeld van heel ‘sociaal’ gedrag. Op Twitter zouden ze een paar jaar terug een Twibbon gehad hebben.
Hulpacties
Het murw maken van followers en vrienden heeft nog een andere consequentie. Stel dat er nu echt een nuttige actie op touw wordt gezet, hoe valt die dan nog extra op? Hoe kun je nu echt op de hulp van volgers rekenen als iedereen elke week al tien stervenden voorbij heeft zien komen? Op Twitter is hetzelfde aan de hand met vermiste kinderen. Het is misschien een kleine moeite, maar je vraagt je af of het sterk oplopende aantal RT’s over vermiste peuters op de langere termijn echt iets bijdraagt. Mooie uitdaging voor een goededoelenmarketeer: iets vinden waarmee je ‘overshare’ uitroeit en effectief ‘social’ inzet als radar voor -bijvoorbeeld- vermiste kinderen.