Had ik me nog zó voorgenomen om het nooit op DeJaap voor mijn partij (D66) op te nemen, maar gewoon te schrijven over wat ik zelf leuk en belangrijk vind. Maar, het is Niels Hagen helaas toch gelukt om me uit mijn tent te lokken, met dit stuk op DeJaap gisteren. En dan klopt er ook nog eens helemaal niets van zijn argumentatie. Hagen maakt maar liefst drie fouten. Da’s toch vrij veel, in een werkje van minder dan 600 woorden. Laat ik die fouten even rechtzetten.
1. Het gaat niet over verplicht donorschap
Hagen gaat al in zin twee de fout in: “Als het aan D66 ligt wordt iedere Nederlander verplicht orgaandonor”.
Fout. Net zo fout als de stelling “In het huidige systeem is iedere Nederlander verplicht geen orgaandonor” te zijn.
D66 wil van een nee-tenzij naar een ja-tenzij. Op dit moment ben je als Nederlander geen orgaandonor, tenzij je aangeeft dat wel te willen zijn. D66 wil daarvan maken dat je wel orgaandonor bent, tenzij je aangeeft dat niet te willen zijn. Het ja-tenzij dat D66 wil (gesteund door een meerderheid van de Tweede Kamer en de publieke opinie) is zelfs iets vrijblijvender dan het huidige nee-tenzij. Zo staat in het voorstel dat je uitgebreid met brieven geïnformeerd moet worden over je keuze – zodat je er meer over nadenkt en makkelijker van keuze verandert. Bovendien moet het makkelijk zijn om je registratie te wijzigen en moet net zoals nu de mogelijkheid bestaan om het aan de nabestaanden te laten. Op welke manier ja-tenzij volgens Hagen meer ‘verplicht’ en minder vrijblijvend is dan nee-tenzij, blijft onduidelijk. Jammer, want voor zijn volgende argument, liberalisme, gaat hij uit van precies die stelling.
2. Sociaalliberalisme heeft hier niets mee te maken
D66 is een sociaal-liberale partij en in tegenstelling tot sociale partijen stelt het sociaalliberalisme de vrijheid om eigen keuzes te maken centraal, aldus Hagen. Wat ik me bij ‘sociale partijen’ moet voorstellen weet ik niet; ik vind bijvoorbeeld socialisme heel asociaal omdat het gebaseerd is op geld afpakken van mensen die er hard voor gewerkt hebben – maar dat is een andere discussie. De vrijheid om eigen keuzes te maken staat inderdaad centraal in het liberalisme. Wat het sociaalliberalisme hier aan toevoegt is dat de overheid in sommige gevallen een taak heeft in het bevorderen van de vrijheid van burgers. Een mooi voorbeeld van de manier waarop sociaal-liberalen vrijheid willen bevorderen en liberalen niet, is de ‘enkele feit constructie‘. D66 wil dat de overheid ingrijpt als je als leraar op een gereformeerde school ontslagen wordt om het enkele feit dat je uitkomt voor je geaardheid. De VVD interesseert dit niet. Daarmee is de VVD klassiek liberaal, ze komt slechts op voor de vrijheid van de school, en D66 sociaalliberaal: ook de vrijheid van de docent moet bevorderd worden. Wat dit onderscheid te zoeken heeft in een debat over donorregistratie is echter onduidelijk: welke vrijheid zou volgens Hagen bevorderd moeten worden? Hij had beter naar dat andere uitgangspunt van D66, pragmatisme, kunnen kijken. Er is een probleem, gebrek aan donoren, dat pragmatisch opgelost kan worden door een ander systeem in te voeren. Die pragmatische oplossing moet uiteraard wel voldoen aan de vrijheid om eigen keuzes te maken. Daar voldoet het aan: er is een opt-out, waar er eerder een opt-in was. De opt-out is zelfs, zoals ik aantoonde, vrijblijvender vormgegeven.
3. Het voorstel zet geen solidariteit onder druk
Laatste troef in het stuk van Hagen is ‘solidariteit’. Als de overheid zaken voor je regelt, denk je er zelf niet meer over na en ben je niet meer solidair. Prachtige stelling natuurlijk, Weber schreef er al over: ‘De onpersoonlijke verzorgingsstaat’. Waarom zou je arme mensen helpen als je toch al meebetaalt aan hun uitkering? Er is veel onderzoek gedaan naar de manier waarop verplichte solidarideit vrijwillige solidariteit onder druk zet. Daaruit blijkt over het algemeen dat juist die verplichting bepalend is voor het verschijnsel. Niet meebetalen aan de verzorgingsstaat is geen optie: de belastingdienst kan in een uiterste geval de de politie inschakelen om je te laten betalen. In een ja-tenzij-systeem voor donorregistratie is er echter, u raadt het al, geen verplichting. Net zo min als het in het huidige systeem een verplichting is om níet solidair te zijn. De overheid gaat er bij ja-tenzij wél vanuit dat je solidair bent, tenzij je in alle vrijheid anders beslist. Zoals er in het huidige systeem vanuit wordt gegaan dat je niet solidair bent, tenzij je in alle vrijheid anders beslist.
Pieter Rietman (1983) is ondernemer en D66’er.