Het was weer bal in de Verenigde Staten van Wapenbezitters, deze keer in het hart van New York City. Een “disgruntled former employee” schoot een voormalig collega dood en negen anderen raakten gewond, mogelijk door politiekogels. Op Twitter regende het medeleven, maar ook het verwijt: dit krijg je er van, schaf dat idiote recht op wapenbezit nou eens af. Nergens goed voor. “People kill people, guns just make it very easy for people to kill a lot of people.” Niet de eerste keer dat dat geopperd is. Gezien de doden die wekelijks te betreuren vallen kun je je inderdaad af gaan vragen waarom dat recht nog bestaat.
Simplistisch
De doorsnee antwoorden op die vraag zijn echter wat erg simplistisch. “Amerikanen zijn nu eenmaal gestoord” is net zo kortzichtig als “alle Nederlanders zijn pedofiele junks” en “de wapenlobby”, hoewel zeer zeker machtig, bestaat ook alleen maar bij de gratie van de vraag naar wapens. Immers, geen afzetmarkt, geen winst, geen handel. Dat er een markt is voor zoveel wapens verdient daarom meer aandacht. Zou bij een verbod de vraag naar wapens ook ineens verdwijnen? Vergelijk het met de War on Drugs: ook niet echt effectief in het tegengaan van de vraag naar verboden middelen. Waar vraag is, is aanbod.
Een stukje geschiedenis
Dus die vraag is cruciaal. Het Second Amendment biedt een ingang: “A well regulated militia being necessary to the security of a free State, the right of the People to keep and bear arms shall not be infringed.” In het de kern van het amendement ligt het recht van staten zichzelf te verdedigen. Dat klinkt wellicht vreemd; alsof Groningen zichzelf zou mogen bewapenen voor het geval Den Haag het hoog in de bol krijgt. Daarom een stukje ontstaansgeschiedenis. In den beginne werden de Britten via een gelegenheidsverbond het continent afgekegeld. Dat het gelegenheidsverbond omgezet zou worden in een permanente federatie stond in eerste instantie helemaal niet vast. De staat was altijd het organisatiemodel geweest, en de staat garandeerde de vrijheden van de burgers. De staten waren nu niet van plan de net op de Britten gewonnen vrijheden zonder meer in handen te leggen van een federatie van eigen makelij. Vandaar de provisie dat de afzonderlijke staten zich moesten kunnen verdedigen mocht de federale overheid het in zijn hoofd halen de rechten en vrijheden van de staten te bedreigen; vandaar James Madison’s Bill of Rights en het Second Amendment.
Interpretatie
Een “militia” is iets anders dan het recht op individueel wapenbezit. Supreme Court Justice Antonin Scalia beargumenteerde in 2008 (!) dat “the right of the People to keep and bear arms” impliceert dat het om een individueel recht gaat. Scalia erkende dat dat haaks staat op het idee van een “militia”, maar stelde vervolgens dat het idee van een “militia” indruist tegen de individualiteit die doorgaans met “the People” bedoeld wordt. Daarmee werd in District of Columbia v. Heller het idee van een “militia” van tafel geveegd en werd het een individueel recht. Dat deze discussie pas in 2008 (en in 2010 nog een keer) enigszins beslecht is geeft aan hoe zeer het recht op wapenbezit leeft onder de Amerikanen.
Burgerplicht
Maar waarom dan? Moeilijke vraag. Een Texaanse rechter stelde gisteren dat zijn staat, en specifiek zijn county, zich moest gaan bewapenen voor het geval Obama onverhoopt herkozen zou worden. Obama zou namelijk zijn progressieve wetgeving met behulp van blauwhelmen door de strot van de Texanen willen duwen, met een burgeroorlog als gevolg. Better be prepared, enzovoorts. Natuurlijk is dit slechts één individu, maar het geeft wel aan hoe zeer sommige Amerikanen de federale overheid als voornaamste vijand van hun vrijheden ziet. Het is in dat geval niet eens een recht maar zelfs een plicht je te bewapenen, teneinde de vrijheden van iedere staatsburger te verdedigen. Wie aan het Second Amendment komt, tornt ook aan die plicht, en dat is onbestaanbaar.
CC-foto: Francis Storr