Stoer ergens voor staan, je theaterklassiekers opdreunen: het is niets voor de huidige generatie jonge theatertalenten. In plaats van bestaande teksten reanimeren, kiezen zij eigenwijs voor eigen dialogen en draaien zij als collectief hun eigen voorstellingen in elkaar.
Niets mis mee, ware het niet dat deze instelling zo snel tot nieuwe theaterclichés leidt en tot nieuwe burgertruttigheid. Theatercollectief Warme Winkel is daar het beste bewijs van. ‘Kijk ons eens gek doen op het toneel’ is hun favoriete bezigheid. Trek een paar lakens aan, een fluorescerende legging of helemaal niets (functioneel naakt is nooit ver weg in de Nederlandse schouwburgen) en iedereen heeft schik over al die malligheid. Ja, de jongens en meisjes van Warme Winkel exploderen bijna van speelplezier, de energie spat uit hun ongeschoren oksels. Maar ze maken zich er vaak wel gemakkelijk vanaf.
Tijdens het Theaterfestival zijn maar liefst 3 voorstellingen van de een half decennium oude groep te zien. Het succes bij theaterprofessionals is dus bewezen. Niet vreemd, want Warme Winkel is dol op tongue-in-cheek humor. Dit is theater voor theatermakers. Gelukkig wel zo vrolijk, dat het ‘gewone’ publiek ook een leuke avond heeft. Dat dan weer wel.
Neem San Francisco, de voorstelling waarmee Warme Winkel de economische crisis fileert. ‘Het is niet gelukt’, kondigt acteur Vincent Rietveld aan. Ze wilden zo’n mooie voorstelling maken, maar door tijd- en geldgebrek is het er niet van gekomen. Waarna natuurlijk toch een bijna 3 uur lange avond volgt. Samen met Maria van Vlijmen probeert Rietveld zichzelf zo stuntelig mogelijk neer te zetten. Daarbij worden allerlei fantasieën over hoe mooi de voorstelling had kunnen zijn, breed uitgesponnen. Als extraatje krijgen de toeschouwers tussendoor een stukje appeltaart.
Met een beetje goede wil kun je persoonlijke perikelen met inzichten over de bankencrisis verbinden, maar die interpretatie is toch echt teveel eer voor deze Triumf der Losers.
Hetzelfde zelfingenomen toontje zit ook in de grote voorstelling Alma, die een reconstructie geeft van een kunstenaarssalon van Alma Mahler en haar Weense kring intellectuelen. Hier gaat het een stuk uitbundiger aan toe, met Duitse pop, een massale orgie en dravende Lippizanerpaarden. Ik wil best wel geloven dat het gezelschap zich uitgebreid verdiept in de periode, wetenschappers raadpleegt, elkaar lezingen geeft en nog veel meer. En ik hoef geen omgevallen boekenkast op het toneel. Maar waar is de veronderstelde diepgang? Het blijft kinderlijk theater spelen. Nergens is ruimte voor emotie, voor schoonheid. Alles is ironie, de acteurs zijn bang om zichzelf serieus te nemen. Misschien moeten de jongens en meisjes van Warme Winkel eerst opgroeien voor ze aan ontroering toe zijn. Het Adagietto van Mahlers Vijfde Symfonie uit de kast rukken is daarbij een echt zwaktebod. Dat kan beter!