De bereidheid tot een staakt-het-vuren van de Colombiaanse regering en de ‘Revolutionaire Strijdkrachten van Colombia’ FARC, is “een belangrijk akkoord, op weg naar concrete stappen om op definitieve wijze een einde te maken aan de oorlog”. Dit laat de 37-jarige Nederlandse Tanja Nijmeijer aan ThePostOnline weten. “Op 20 juli is het laatste eenzijdig bestand van de FARC ingegaan. De regering zegt dat zij dientengevolge ook haar militaire acties zal ‘de-escaleren’.”
Nijmeijer strijdt sinds 2002 aan de zijde van de enige overgebleven linkse guerrillagroep in Zuid-Amerika en is belast met public relations en het onderhoud van de FARC-website Volgens haar zijn vijf eerdere, door de FARC eenzijdige staakt-het-vuren, afspraken niet voldoende gebleken. “Eenzijdige bestanden brengen een enorme verbetering van de situatie teweeg, maar van één zijde de wapens stilleggen terwijl de andere zijde gewoon doorgaat, is moeilijk te handhaven.” De Colombiaanse president Santos noemde deze week een vredesakkoord dichtbij. “We zijn nog nooit zo ver gekomen.” Mislukking van dit laatste vredesinitiatief betekent het einde van het overleg en een ongekende heropleving van het geweld. Voor Tanja Nijmeijer zelf een terugkeer naar de jungle als vechtster.
Sinds oktober 2012 overleggen de strijdende partijen in de Cubaanse hoofdstad Havana over een duurzame vrede voor de langstdurende oorlog in Zuid-Amerika. Een oplossing leek de laatste tijd ver weg. Zo stopte president Juan Manuel Santos in november afgelopen jaar het overleg na de ontvoering van een generaal. Aan de zijde van de FARC wordt geklaagd over legeraanvallen in met name het zuiden van het land. Eind mei zou volgens regeringsvertegenwoordigers de FARC een militaire eenheid hebben aangevallen met elf doden tot gevolg en de FARC zou op haar beurt 27 strijders hebben verloren door legerbombardementen. Duizenden burgers zouden door de gevechten in zuid-oost Colombia op de vlucht zijn geslagen.
De vijftig miljoen Colombianen zijn de burgeroorlog, die in ruim halve eeuw strijd naar schatting 200.000 mensenlevens kostte, zat. Daarom kan ‘dit vredesproces zich omringen met massale steun’, meent Nijmeijer. Alleen: “De bevolking moet het vredesproces in de praktijk voelen. Het vuur moet van beide kanten gestaakt worden en pas dan kan er serieus begonnen worden met het opbouwen.”
De delegaties bespreken de komende maanden onder meer drie cruciale onderdelen, namelijk over hoe een einde te maken aan het conflict -wat gebeurt er dan bijvoorbeeld met de duizenden gewapende strijders en militairen-; wie eventueel vervolgd moet worden wegens schendingen van mensenrechten – beide partijen hebben erkend onschuldigen te hebben gedood- én hoe slachtoffers van het conflict moeten worden gecompenseerd. Tienduizenden zijn al hun bezittingen kwijtgeraakt.
Dit najaar willen Nederlandse politici, waaronder Tweede Kamerlid Harry van Bommel en VVD-lid in het Europees Parlement Hans van Baalen Cuba bezoeken om in een persoonlijk gesprek met Tanja Nijmeijer zich op de hoogte te stellen van de onderhandelingen. De vier landen die het vredesproces openlijk steunen, Noorwegen, Cuba, Chili en Venezuela hebben al eerder de strijdende partijen opgeroepen om het geweld definitief te stoppen.
Eerder interview – ‘Ik ben niet getrouwd met het wapen’