Afgelopen woensdag waren er korte verkiezingsuitzendingen op Nederland 3 om jongeren bij de politiek te betrekken. Eerder hadden we al Lijst Nul: een hopeloos initiatief waarvan alle experts direct wisten dat geen jongere ernaar wil kijken. Hoe komt het toch dat de publieke omroep steeds weer met dit soort zinloze initiatieven komt? Deze week werd het antwoord duidelijk: omdat de publieke omroep zich in een ideologische leegte bevindt.
Afgelopen dinsdag hield de NOS een expertdebat over dit onderwerp. Wetenschappers, reclamemakers, beleidsmakers en vertegenwoordigers van jongerenorganisaties spraken over hoe de publieke omroep jongeren beter kan bereiken. Er waren veel ideeën waarvan de publieke omroep kan leren: de publieke omroep moet zich profileren op plaatsen waar jongeren al zijn, zoals op Hyves en Facebook, moet vanuit een jongereninvalshoek werken die luchtig en toch informatief is en moet programma’s maken over onderwerpen die jongeren boeien en uit hun dagelijkse leefwereld komen.
Leuke luchtigheid
Eigenlijk moet de publieke omroep volgens deze experts datgene doen wat de publieke omroep al doet: leuke luchtige programma’s maken, zonder het woord ‘politiek’, want dan zappen jongeren weg. Als jongeren met lange items over ingewikkelde kwesties worden geconfronteerd, beginnen ze te gapen. Niet doen dus. Het alternatief is dat Kamerleden in Lijst Nul voor een minimaal bedrag een maaltijd koken om hun standpunten over de economische crisis te illustreren. Maar die standpunten moeten wel in vijf seconden worden samengevat, anders wordt het te saai.
De aanwezige politiek geïnteresseerde elite klapte in de handen bij het horen van al deze goede ideeën. Nu kon de publieke omroep – in de samenvatting van omroepbaas Henk Hagoort – ‘jongeren nog beter bereiken’. Niemand stelde de vraag of het aanwezige publiek zich in de ongeïnteresseerde doelgroep kan verplaatsen en hoe het komt dat deze ‘goede ideeën’ al vaker zijn voorgesteld, uitgevoerd en afgeschoten. Laten we zeggen: een initiatief als BNN’s Lijst 17 waarvan achteraf duidelijk is dat geen enkele jongere het waardeerde.
Ideologische leegte
Bij de publieke omroep heeft niemand interesse in zulke vragen. Bij het debat is iedereen blij: experts worden erkend in hun ideeën, bestuurders doen ‘iets’ om jongeren te bereiken en reclamemakers zien acquisitiemogelijkheden. De aanwezigen lossen samen door middel van een debat een organisatorisch probleem op: de bereikcijfers moeten omhoog. De oplossing luidt: vlotte, oninhoudelijke programma’s maken. Maar een laag bereik onder jongeren is het probleem niet, de vraag is hoe ongeïnformeerde jongeren meer politieke informatie kunnen krijgen. Politieke informatie is inderdaad saai, moeilijk en slaapverwekkend, maar ook noodzakelijk.
Initiatieven als Lijst Nul informeren ongeïnformeerde jongeren niet, zelfs niet als die jongeren er massaal naar zouden kijken. Er zit namelijk helemaal geen informatie in. De echte vraag is hoe de publieke omroep jongeren informatie kan laten consumeren waar ze niet direct voor open staan. Het gaat juist om de thema’s die hen niet meteen interesseren. Hun stem heeft bij de verkiezingen ook invloed op al die thema’s die zich buiten hun gezichtsveld afspelen. Maar de bestuurders, experts en reclamemakers vonden dat debat te lastig. Reclamemakers kunnen er geen opdrachten mee binnenhalen, experts hadden geen praktische tips en bestuurders stelden liever ‘realistische’ doelen.
Hoe zou het toch komen dat veel partijen zwaar op de publieke omroep willen bezuinigen?
Chris Aalberts is docent en onderzoeker politieke communicatie (www.chrisaalberts.nl)/