Brandende vlaggen. Gewelddadige demonstraties. Schreeuwende barbaren die ambassades bestormen. Ja hoor, fanatici voelen zich weer eens beledigd door een geuite mening. En het liberale Westen weet weer eens niet hoe het moet reageren. Boos worden? Sussen? Opkomen voor de vrijheid van meningsuiting? Of toezeggen die aan banden te leggen? Voor een maatschappij die zoveel te danken heeft aan de vrijheid van meningsuiting, klinkt dat laatste onvoorstelbaar.
Maar met de recente reacties van zowel het Europees Parlement als de Europese Commissie, lijkt het daar bijna wel op. Natuurlijk is het lastig voor een olieverslaafde voorzitter van het Europees Parlement om zijn dealers te vertellen dat ze niet moeten zeiken. Of is er een fundamenteler probleem?
Symbiose van wijsheden
Opkomen voor vrijheid is lastig, want het kent een dilemma. Als je vóór tolerantie bent, moet je intolerantie dan tolereren? Of moet je intolerantie dan juist bestrijden? Eigenlijk is het de symbiose van twee legendarische wijsheden. Voltaire zei ooit: “Ik ben het niet eens met wat je zegt, maar ik zal het recht om het te zeggen tot de dood toe verdedigen.”
Daartegenover stond Edmund Burke: “Het enige dat het kwade nodig heeft om te zegevieren, is dat goede mensen er niks tegen doen.”
En ja, de citaten zijn apocrief, maar geven wel precies weer waar de heren voor stonden.
Burke redt Voltaire
Voltaire’s standpunt lijkt een Wiki avant la lettre. Natuurlijk zullen sommige idioten tegen vrijheid van meningsuiting zijn. Maar de massa is vóór die vrijheid en dankzij die vrijheid kan je in een open discussie die massa voor je winnen. Aan die vrijheid ga je dus nooit tornen. Een standpunt dat ook nu nog op veel steun kan rekenen. Met name in de meer politiek correcte hoek, waar niemand stelling durft te nemen tegen de fanatieke rageboys. Die hebben toch ook recht op hun mening?
Voltaire-fanboys vergeten echter één ding. Voltaire nam zijn standpunt in, tussen de hoog opgeleidde notabelen die in rooksalons genoegzaam met elkaar converseerden. Wat de racistische antisemiet Voltaire zou vinden van vrijheid van meningsuiting voor oncontroleerbare meutes agressieve laagopgeleiden, laat zich raden. Hij zou Burke’s advies ter harte nemen en zich tegen dat kwaad beschermen.
Grenzen aan het gesprek
Niet voor niets is de vrijheid van meningsuiting al beperkt. Haatzaaien en aanzetten tot geweld is bijvoorbeeld verboden. Sterker nog, in Nederland is zelfs blasfemie nog verboden. De ironie is alleen dat één ding niet is verboden: het tegenspreken van de vrijheid van meningsuiting. Hoog tijd om dat aan te passen. Als we niets doen tegen het kwaad dat de vrijheid van meningsuiting misbruikt om te pleiten tegen de vrijheid van meningsuiting, zal het zegevieren.
Het is onvermijdelijk: wie anderen het debatteren onmogelijk wil maken, moet worden uitgesloten van het debat. Het klinkt paradoxaal, maar het lost het dilemma van het tolereren van intolerantie op. En het geeft het Westen eindelijk een goed antwoord op de barbaren: om de vrijheid van meningsuiting te beschermen tegen haar tegenstanders, moet de vrijheid om meningen tegen de vrijheid van meningsuiting te uiten worden beperkt.
Meer over de Amerikaanse vrijheid van meningsuiting.