Leon de Winter. Idioot. Ik ben gek op aanstellers. Misschien omdat ik zelf een aansteller ben. Voorwaarde voor goed aanstellerigheid is echter dat je niet te ver gaat. En daar wringt de schoen. Zijn verdediging van Moszkovicz was tot daar aan toe. Dat was een vriend. Hij speelt ook een belangrijke rol in zijn laatste boek, VSV. In dat boek graaft hij ook Theo van Gogh op om hem postuum te omhelzen. Of, zoals Nico Dijkshoorn in De Volkskrant schreef: “Sinds Theo dood is, kan Leon prima met hem door één deur.”
Theo draaide zich een paar keer om in zijn graf. Ga weg, vieze man. Maar Leon ging door. Vroeger noemde hij Van Gogh de ‘eeuwige antisemiet’. Van Gogh op zijn beurt kokhalsde van het gekokketeer met zijn jood-zijn. Hij verzon zelfs een verhaal waarin Leon prikkeldraad uit Auswitz om zijn snikkel bond. Polemiek uit de vorige eeuw.
Kaplan
In 1986 schreef Leon de Winter Kaplan. Daar is het begonnen. Dat boek werd namelijk neergesabeld. Het was een welbewuste stijlbreuk. Kaplan was lekker geschreven, niet gelaagd, niet filosofisch, zoals zijn eerdere werk. Daardoor kreeg Kaplan ook een soort cultstatus, wat ik als zestienjarige heerlijk vond.
Kaplan is het boek dat alles voor hem veranderde. Het was niet alleen die stijlbreuk. Hij werd ook geïnterviewd door de toen nog zeer jonge Jessica Durlacher, die later zijn vrouw werd. Niet zomaar een vrouw. Nee, de dochter van G. L. Durlacher. Vader Durlacher had het jaar daarvoor Strepen aan de Hemel geschreven, over zijn ervaringen in Auschwitz. De novelle is een felle aanklacht tegen de geallieerden die niets deden om de dood van zes miljoen joden in de vernietigingskampen te voorkomen.
Zoals Harry Mulisch megalomaan kon zeggen “Ik bén de Tweede Wereldoorlog”, zo kan Leon rustig zeggen: “Ik bén de Jood”. De Durlachers vertrokken uit Nederland. Naar Amerika. Weg van dat bekrompen Nederland. Van die verraders. Weg van de treiterijen van Theo van Gogh.
Ineens terug
Leon houdt het lang vol. Tot de islam een rol gaat spelen op het wereldtoneel. Ineens is zijn stemgeluid terug in de Lage Landen. Hij schrijft in Elsevier. Ghostwrite voor Ayaan Hirsi Ali en laat ook menig opiniestuk in de Volkskrant ontploffen. In VSV laat hij zijn vrouw Jessica verzuchten dat hij een keer zijn grote waffel moet houden. In dat boek scheidt ze zelfs van hem.
Het was een tijdje leuk, die polemieken. Maar het islamdebat is uitgekauwd. Sowieso is het ge-jijbak een beetje uit de tijd. En dus verzint Leon in een nieuw middel. Hij scheldt niet meer. Nee. Hij gaat aardige woorden schrijven over mensen die door iedereen uitgekotst te worden. Jan van V. Moszkovitz. Badr Hari. Hij komt ze allemaal in het wild tegen en dan schrijft hij over ze. Lieve woordjes.
De vraag is nu: wie wordt Leons volgende grote vriend? Ik doe een gooi: over een tijdje komt Volkert van der Graaf vrij.
Marcel Duyvestijn verlangt weer naar de Leon de Winter van vóór Kaplan.