Op televisie zie je veel programma’s die op elkaar lijken, zoals Popstars en The Voice of Holland. In het buitenland zijn hier ook versies van, zoals Idols in de VS en Asian Idol. Hoe komt het dat je overal op de wereld min of meer dezelfde programma’s ziet? In de tweede aflevering verwonderen de mediadoctoren zich over formats.
In het tafelgesprek proberen Aalberts, Crone en Duits duidelijk te krijgen wat een format is en wat de verschillen zijn met genres. Formats gaan niet alleen over zangwedstrijden, maar ook programma’s als Expeditie Robinson en The Bachelor worden aan de hand van een vaststaand sjabloon gemaakt. Kun je een format zien als een Big Mac?
Om meer te weten te komen over de rol van formats bij het produceren van televisie interviewden ze Wendy Groeneweg, redacteur bij Endemol waar ze onder andere werkte aan Outback Jack, Hotter Than My Daughteren So You Think You Can Dance. Het beeld dat Groeneweg schetst deprimeert de mediadoctoren: alles lijkt te draaien om efficiëntie waardoor er minder ruimte is voor creativiteit.
De wetenschap schetst een heel ander beeld. Het onderzoek naar formats (zie deze overzichtsbundel) is heel positief over formats, omdat ze worden gezien als tegengas tegen Amerikaans cultureel imperialisme en mediaconcentratie. Exemplarisch voor zulk onderzoek is een recente studie [abstract] over de handel in formats waarin gesteld wordt dat formats gezien moeten worden als bruggen tussen culturen.
Tot slot beantwoorden de mediadoctoren de hoofdvraag en bespreken ze of formats nu aanleiding geven tot vrolijkheid of somberheid over Nederlandse televisie.
Beluister aflevering 2:
Links bij deze uitzending:
CC beeld: Thomas van de Weerd