Recent sprak ik een jongen aan die z’n vriendin toetakelde en kreeg vervolgens zelf een beuk. Zij was gered, en lof van haar familie en politie viel mij ten deel. Verdient dit nu een lintje?
Amerikaanse soldaten en een oudere Brit overmeesterden een terrorist in de Thalys en kregen de nodige onderscheidingen. Ze kunnen het navertellen. Zo niet Syrische wetenschapper Khaled al-assad, onthoofd door IS omdat hij – aldus zijn familie – de barbaren niet wilde vertellen waar kunstschatten verborgen waren.
Twee soorten heldendom, fysiek ingrijpen en niet verlinken. Zwijgen onder grote druk vind ik van een veel hogere orde dan geweldplegers overmeesteren. Zoals de veroordeelde Oekraïense filmregisseur Oleg Sentsov voor zijn valse Russische rechter zei: “Als ze een zak over je hoofd trekken en je slaan, dan ben je na een half uur bereid al je overtuigingen op te geven, alles te bekennen wat ze je vragen en anderen erbij te lappen, gewoon om te maken dat ze ophouden met slaan.”
Hoe is het met onze moed gesteld? Ik vrees dat dit tijdperk van gemakzucht, waarin alles ‘onder handbereik’ moet zijn, de opbouw van moed geen goed doet. Ook weet ik niet of het met de andere drie klassieke deugden (van Plato en Aristoteles), wijsheid, rechtschapenheid en zelfbeheersing heden ten dage zo goed gesteld is.
Premier Rutte zei dat we overvallers mogen aanpakken. Praktisch gezien is fysiek verzet niet zo handig, wees uitgebreid onderzoek onder daders van overvallen uit. Volgens onderzoeker Marie Rosenkrantz Lindegaard zeiden ze – het waren geen observaties, maar interviews – dat het weerstand bieden bij een overval altijd leidt tot geweld, veelal extreem.
Om conducteurs bij bedreiging te beschermen wordt nu geadviseerd samen met medereizigers de agressor aan te spreken. Lijkt me een mooie suggestie. Tot op heden deed ik dat alleen, een beetje dom.
Net als ik wellicht overmoedig was door recent in te grijpen bij geweld van een jongen jegens zijn vriendin. En ik weldra ook zelf tegen het asfalt lag. Toch vluchtte hij. Familie van het meisje was blij dat hun eerdere vermoedens van geweld in de relatie waren bevestigd, want zij zweeg erover. Complimenten voor betoonde moed, ook van de politie.
IJdelheid gestreeld, maar was het wel verstandig om in te grijpen? Waarom doe je zoiets? Impulsief of weloverwogen? Uit persoonlijke verontwaardiging of oprecht altruïsme?
Maakt de betoonde moed me een beter ‘mensch’ dan degene die bij het horen van het geschreeuw bangelijk rechtsomkeert maakt? En verstandiger dan degene die 112 belt en verder afwacht?
Kun je (helden)moed aanleren? De Volkskrant ging voor het antwoord op die vraag zaterdag te rade bij psychologen. Geestig, want twee dagen eerder berichtte de krant nog dat psychologieonderzoek meestal niet deugt.
Ook aangehaald onderzoek over ‘vecht-, vlucht en vriesreacties’ in noodsituaties met inbeelding – testen in een lab met een koptelefoon op – boezemt me weinig vertrouwen in. De onderzoekster is zelf gelukkig sceptisch over moed bijbrengen met inbeeldingstechniek, zoals met het Heroic Imagination Project op Amerikaanse scholen.
Ik denk dat moed aanleren wel kan, maar van jongs af aan in de opvoeding. M’n moedigste vriend die de ergste kou trotseert in beklimmingen is opgevoed door een gelauwerde marinier.
M’n vader, zelf hard opgevoed toen hij z’n ouders verloor in de oorlog, hardde me af, bijvoorbeeld met heel jong een dagelijkse krantenwijk geven. Het heeft geholpen. ’s Winters duik ik dagelijks in zee, aan moed geen gebrek.
Nadeel is – behalve soms overmoed – dat ik veel westerse mensen doetjes vind die oorlog verdienen, en ik vaak te hard ben in sociale omgang. Maar ik respecteer ook miljoenen Nederlanders die hun kruis dragen; zelf ernstig ziek zijn, dagelijks anderen helpen of dierbaren te vroeg verliezen.
Of neem de bergbeklimmer, bootvluchteling, of simpelweg zwaar gehandicapte. Recent kwam bij een voorstelling van Maurice de Hond een jongeman het podium op die dagelijks z’n rolstoel ingaat die hij enkel nog met z’n kin kan bedienen. Stralend vertelde hij zo gelukkig te zijn dat hij een ongeluk overleefde! Dat is een held voor mij; maakt dankbaar en dienstbaar. De meeste heldendaden zien noch horen we.
Dus verdien ik geen vetleren medaille voor welk ingrijpen dan ook, evenmin als die Amerikaanse militairen in de Thalys trouwens. Ze waren reuzemoedig, maar even, in een reflex.
Al blijft er wel een dilemma: In hoeverre verdien je straf en beloning voor wat je doet en laat in je leven? Wie beoordeelt je geweten, en hoe? Is de held een beter mens dan de lafaard met diens beperkte ‘nature and/or nurture’? Ik hoop natuurlijk van wel. Maar ik weet het niet zeker…