De laatste weken heb ik heerlijk geslapen. Mijn nachten waren vervuld van jongensdromen. De nachtelijke fantasieën werden zo levendig dat ik wist dat ze werkelijkheid zouden worden. Mijn gedroomde transfer naar Ajax was nakende. Niet als voetballer, natuurlijk. Realiteitszin heeft voldoende barsten geslagen in mijn jongensdromen om te beseffen dat ik niet in een volle ArenA zal voetballen. Het winnen van de derde helft met het veertiende is al jarenlang het maximaal haalbare.
Maar toch, een overstap was aanstaande. Spoedig zou ik weggekocht worden bij mijn huidige broodheer. Dat wist ik zeker. Mijn LinkedIn-profiel was immers tweemaal bekeken door iemand van AFC Ajax. Dat zag ik via het kekke linkje “who’s viewed your profile?”. Voor de 13 miljoen Nederlanders die niet op LinkedIn zitten, een korte uitleg. Via het linkje zie je wie op jouw profiel zijn geweest. Als niet-betalend gebruiker zijn er drie mogelijkheden. Een bekende heeft je profiel bekeken. Je kan ook begluurd zijn door een anonieme gebruiker. Om te zien wie dat was moet je betalen. Betalende leden weten sowieso altijd wie hen bespiedt. Niet-betalende leden hebben nog een derde categorie die luidt :“Iemand van organisatie X heeft je profiel bekeken”. Wanneer je op de link klinkt zie je 5 tot 15 personen die bij organisatie X werken. Eén daarvan heeft jouw profiel bekeken. Vaak kun je de juiste eruit pikken. Baanzoekende oud-klasgenoten of in het beste geval iemand uit je professionele netwerk.
Tot enkele weken geleden dus. Organisatie X was ineens Ajax. Na het klikken bleek dat ik niemand herkende van de Ajax-werknemers. Uiteraard was het niet Frank de Boer of Marc Overmars. Het waren overwegend mannen in keurige pakken werkzaam in de organisatie. Heren die desalniettemin onder contract stonden bij de mooiste club van Nederland. Weliswaar wordt hun naam niet gescandeerd, maar elke maand staat er toch maar mooi AFC Ajax op hun loonstrook. Wie van hen zou mij scouten?
Hopelijk was het niet die systeembeheerder. Nog afgezien van mijn gebrekkige IT-kennis, kom ik met mijn muisarm niet door de medische keuring. Is het de meneer van sponsoring die via via vernomen heeft van mijn gladde praatjes? Of toch die niet onaantrekkelijke dame van communicatie? Ja! Zij moet het zijn. Die dame gaat mij aannemen als webredacteur voor Ajax. Of als columnist. In het slechtste geval word ik opgenomen in de selectie als communicatiemedewerker. Prima, ik doe het ervoor. Zolang ik maar elke casual friday in het rood-witte tricot op mijn bureaustoel mag plaatsnemen.
Sinds ik in de gaten gehouden wordt door Ajax zing ik elke ochtend het clublied onder de douche, strik ik de rode stropdas en kus ik voor het betreden van de kou de kampioenssjaal. Ik heb zin in het Ajax-avontuur! Vandaag sluit de transfermarkt en de clubs moeten er nog onderling uitkomen. Mijn werkgever schijnt een hoge afkoopsom te verlangen. Een spannende dag.
Het zal wel goed komen. Ajax wil grif voor mij betalen. Zij wel. Zelf wil ik niet betalen. In ieder geval niet aan LinkedIn. Want wie alles weet, heeft niets te dromen. Niets te verlangen. Geen spanning. Geen sensatie. Niemand gaat naar het stadion als hij de uitslag al weet. Wonderlijk dat ze dat uitgerekend bij LinkedIn, daar waar een ieder zoekt naar nieuwe uitdagingen, niet doorhebben.