Column

Alles dat je altijd al wilde weten over mannen met hiv maar niet durfde te vragen

05-06-2014 11:33

Films en series over het verleden zijn fijn omdat ‘vroeger was alles slechter’ een heerlijk geruststellend gevoel is. Het voorkomt dat je na hoeft te denken over het nu, want nu gaat het toch sowieso beter? Dat is al helemaal het geval met onderwerpen waar we ons in het heden niet zo graag op bezinnen, zoals seksisme (Mad Men) of racisme (Twelve Years A Slave). Homoseksualiteit is ook zo’n onderwerp. Gooi er hiv en aids bij en je snapt waarom Dallas Buyers Club dit jaar volop in de prijzen viel. Het is een quasi horrorfilm over de vreselijke stigmatiserende omstandigheden waaronder hiv-patiënten leefden in het Amerika van 1985. Gruwelen over toen en jezelf op de borst kloppen over nu.

Homoziekte

Mensen met hiv krijgen echter nog steeds te maken met stigma. Hiv wordt nog steeds gezien als een homoziekte en homo’s worden nog steeds vies gevonden. Ja, ook in Nederland. In april verscheen een groot onderzoek van Rutgers WPF over de seksuele gezondheid van LHBT’s in Nederland [toelichting, rapport in PDF]. Daaruit blijkt dat honderd procent van de ondervraagde mannen last heeft van stigmatisering. Allemaal dus. Zoals ook met andere vooroordelen hangt stigma samen met een gebrek aan kennis. Omdat hiv te maken heeft met seks schamen veel mensen zich extra om daar vragen over te stellen. Voor hen en alle anderen: zeven echt-niet-enge vragen over homo’s met hiv.

 

  1. Is hiv een homoziekte?

Nee. Jaarlijks worden in Nederland ongeveer 1100 mensen gediagnosticeerd met hiv. Ongeveer 700-750 van die nieuwe patiënten zijn mannen die seks hebben met mannen – de gangbare afkorting daarvoor is MSM. Die mannen zijn niet allemaal homo: negen procent van de MSM identificeert als biseksueel. Wereldwijd vinden trouwens de meeste overdrachten plaats via heteroseks.

 

  1. Doen alle mannen die seks hebben met mannen aan anale seks?

Nee. Ongeveer tweederde van de mannen die seks hebben met mannen heeft anale seks. Daarbij is er een verschil tussen geven (insertief, 52,2%) en nemen (receptief, 46,7%). Homoseksuele MSM zijn gevarieerder in de soorten seks die ze hebben dan biseksuele MSM. De laatste groep heeft minder ervaring met anale seks.

 

  1. Is hiv besmettelijk?

Ja en nee. Hiv is een seksueel overdraagbare aandoening. Bij iemand die onder behandeling is (en die dus al een tijd combinatietherapie gebruikt) kan op een gegeven de hoeveelheid virus in het lichaam zo klein zijn dat deze niet meer op te sporen is. De hoeveelheid virus heet de viral load. Het risico op overdracht door iemand met een viral load van minder dan 200 is heel erg klein: maximaal 4 procent bij anale seks. Van de onderzochte mannen gebruikte 91 procent hiv-medicatie. Van hen heeft 89 procent een ondetecteerbare viral load. Deze hiv-positieve mannen zijn dus niet of nauwelijks ‘besmettelijk’.

 

  1. Hebben mannen met hiv een slecht seksleven?

Nee. Hiv-positieve mannen hebben zelfs een positievere seksbeleving. Zij scoren hoger op vragen over seksuele verlangens, opwinding, de manier waarop ze seks hebben en hun seksleven in het algemeen dan hiv-negatieve of niet-geteste mannen. Wacht, dat is geen reden om hiv op te gaan lopen! Erectieproblemen komen vaker voor onder hiv-positieve MSM (30,6%) dan hiv-negatieve/niet-geteste MSM (15,8%).

 

  1. Hebben hiv-positieve mannen expres onbeschermde seks om anderen te besmetten?

Nee. Ruim zestig procent van de MSM met hiv had in het afgelopen half jaar onbeschermde seks met een losse partner. Dat percentage is 37 procent voor seks met een vaste partner. MSM met hiv doen het dus vaker onveilig dan MSM zonder hiv. Moet het antwoord op deze vraag dan niet ja zijn? Nee, want van de groep die onbeschermde seks heeft stelt 44 procent dat zij absoluut geen hiv hebben kunnen overgedragen. Daarnaast denkt nog eens 55 procent dat de kans daarop heel klein is.

 

  1. Hoe zorgen mannen met hiv er dan voor dat ze het virus niet overdragen?

Naast condoomgebruik zijn er drie strategieën om anale seks te hebben als hiv-positieve. De eerste heet serosorteren: je hebt dan alleen seks met mannen die ook hiv-positief zijn. Er is ook viral load sorteren: je hebt dan alleen seks als de viral load ondetecteerbaar is en je dus niet infectieus bent. De derde strategie is alleen de ontvanger zijn van anale seks. Omdat de huid van de anus heel kwetsbaar is heb je als bottom altijd meer kans op een soa dan als top.

 

  1. Vinden mensen met hiv het moeilijk om dit aan anderen te vertellen?

Ja. Zesentachtig procent van MSM met hiv vermijdt dit wel eens. Ongeveer negen op de tien leest in de media pijnlijke of beledigende dingen over mensen met hiv. Meer dan helft maakt zich zorgen dat anderen negatief over ze zullen denken omdat ze hiv hebben. Bijna acht op tien denkt dat anderen geen seks meer met ze zullen willen als ze horen ze hiv hebben.

Pijnlijke cijfers

De laatste cijfers zijn het pijnlijkst. Ze gaan aan ons allemaal aan en toch kijken we weg. Het is aan ons als maatschappij om dat te veranderen. Het is tijd dat we de jaren ’80 achter ons laten en de angst voor hiv daar dumpen. Dus zeg het voort en vertel de wereld over seks met ondetecteerbare viral load.

Iedereen heeft een hiv-status: niet getest is niet automatisch hiv-negatief! Meer feitelijke informatie bij de Hiv Vereniging Nederland. Alle data zijn afkomstig uit het Rutgers WPF-rapport tenzij anders gelinkt. Met dank aan Pieter Brokx.