Gisteren las ik op volkskrant.nl dat ik voor de Belastingdienst een schijnzelfstandige ben. Dit zou te maken te hebben met doorgeschoten flexibilisering. Een belangrijk onderwerp: het is te belachelijk dat mensen die pakketjes bezorgen voor PostNL dat doen als zzp’ers. Ze werken maar voor één baas en het is een beroep waarbij de ‘ondernemer’ duidelijk niet onderneemt. Ik ben echter geen postbezorger met maar één opdrachtgever. Ik werk in meerdere sectoren voor een groot aantal opdrachtgevers. Helaas mag ik van de Belastingdienst voortaan niet meer in het onderwijs werken. Bij geen enkel vak dat officieel deel uitmaakt van het curriculum mag nog met zzp’ers gewerkt worden*.
Wetenschappers worden tegenwoordig aangemoedigd beurzen binnen te halen. Met bijvoorbeeld een VENI-beurs van NWO kan een Universitair Docent snel carrière maken. In de sociale wetenschappen gebruikt een wetenschapper zo’n beurs meestal om (een deel van zijn) onderwijsverplichtingen af te kopen. In plaats van zestig procent van zijn tijd te moeten besteden aan onderwijs, kan hij dat terugbrengen tot bijvoorbeeld twintig procent. Zo heeft hij meer tijd om onderzoek te doen en daarover te publiceren.
Dat onderwijs moet natuurlijk wel door iemand gegeven worden. Meestal wordt pas laat bekend dat iemand een beurs heeft binnengehaald. Het curriculum ligt dan al vast, de studiegidsen zijn al gepubliceerd. De universiteit moet dan iemand inhuren om dat op te vangen. Dat kan in tijdelijke dienst, maar dat is niet gunstig. Zowel niet voor de universiteit als voor de invaller. Het gaat immers om een tijdelijk project, niet om een aanstelling. Er is ook geen enkele belofte voor de toekomst.
In 2010 verliet ik de Universiteit van Amsterdam om – zoals ik dat noem – commercieel te gaan. Ik verdien mijn geld nu als brug tussen wetenschap en publiek. Dat doe ik op meerdere manieren. Als publicist bijvoorbeeld, door voor ThePostOnline en andere journalistieke outlets stukken te schrijven. Daarnaast doe ik dat als spreker en consultant. Scholen, organisaties en bedrijven huren mij in om mijn kennis over media te delen. Tot slot geef ik les. Ik spring vaak in de gaten die er vallen omdat iemand een beurs binnenhaalt.
Bijkomend voordeel is dat ik studenten meer bied dan uitleg bij de wetenschappelijke stof. Omdat ik zelf media produceer en meedraai in het bedrijfsleven heb ik een meerwaarde voor mijn studenten die snakken naar kennis over ‘de praktijk’.
De afgelopen jaren werkte ik voor verschillende colleges, graduate schools en hogescholen. Daaruit haal ik wisselende inkomsten. Ik doe dat zelfstandig: ik bepaal zelf hoe ik mijn werk doe. Ik streef naar continuïteit en onderneem acties om te zorgen dat mijn bedrijf blijft bestaan. Daartoe spreid ik bijvoorbeeld mijn win(st)kansen en ben ik dus niet alleen docent. Ik investeer in mijn bedrijf, heb eigen kantoorruimte en maak reclame. Daarbij loop ik ook risico. Toen uitbetalingsinstantie Corso van de Haagse Hogeschool afgelopen jaar failliet ging, moest ik van de curator aansluiten in de rij met schuldeisers. Kortom, ik voldoe aan alle voorwaarden die gesteld worden aan zelfstandigen.
Er zijn freelancedocenten die liever een dienstverband zouden willen in het hoger onderwijs. Zij willen zekerheid en een vast inkomen. Dat is voor hen nu vaak onbereikbaar, omdat universiteiten en hogescholen nu eenmaal niet graag mensen vast aanstellen. Voor hen moet er inderdaad wat gebeuren. Alle zzp’ers in het onderwijs dwingen tot een tijdelijk dienstverband past echter niet bij de ad-hoc onderwijsvraag waarmee universiteiten kampen. Het past ook niet bij de wensen van iedereen.
Ik wil niet in heimelijk in dienst van een universiteit. Dat maakt mij namelijk afhankelijk van hun grillen. Ik wil juist zelfstandige zijn, en met mij vele andere freelancers. Ik wil niet gefragmenteerd pensioen opbouwen en mijn werkplek opgeven. Ik wil niet vier maanden in dienst zijn bij een universiteit, dan weer twee maanden bij een hogeschool en de rest van het jaar kleinere projecten uitvoeren. In dat geval ben ik namelijk een schijnwerknemer.
* Een collega die in hetzelfde schuitje zit belde met de Belastingdienst. Dit deelden ze hem telefonisch mee.