Je moest er even voor opblijven, maar dan had je ook wat: Tom Egbers vroeg na zijn gebruikelijke Buienradar-bijdrage tijd voor een momentje van contemplatie. Hij droeg een gedicht voor van Dordtenaar en voormalig voetballer Cees Buddingh. In de Studio reageerde Hugo Borst door ook nog een paar regels van de overleden dichter te citeren. Het leuke moment creëerde de opening voor het echte antwoord op VI. Die hond is misschien leuk en dat gedoe op campings was ook aardig, maar het is tijd om door te pakken. Studio Sport moet veel vaker dat gedoe over 4-4-2 en blessures loslaten en het leven en de sport vieren in de programma’s rond grote toernooien.
Dat is natuurlijk altijd jullie grote dilemma geweest. Er lopen in jullie grote DDR-gebouw genoeg krullerige, vage boekenlezertjes rond met de meest wilde plannen. Maar er is altijd wel een oude journalist met een trainersjas en blocnote van de Hema die zegt: we moeten bij het voetbal blijven en dan krijg je een compromis. En jij weet dat dat niet klopt, Jan. Want miljoenen mensen willen alles weten over Oranje, maar ze haken af als het over de nieuwe veters van Robben, de hagelslagfetisj van Van Gaal of de favoriete Fishermans Friends van Danny Blind gaat. Dat is misschien een aardig vertrekpunt voor een goed programma, maar het is nog te weinig.
Wat de NOS over twee jaar in Frankrijk moet doen, is dagelijks een uur tv maken waarin het leven, voetbal én het land worden gevierd. Omdat het best wat regelwerk vereist, leg ik het alvast bij jullie neer. De presentatie komt natuurlijk in handen van De Oude Jakhalzen die perfect schakelen tussen het normale leven en voetbal. Erik zeikt jullie hondje wel eens af, maar dat hoort er een beetje bij toch?
Elke dag maakt een jonge dichter een ode aan een speler van Oranje. Hij leest dat voor terwijl hij over de schouder van die speler de camera inkijkt. Henk Spaan deed dat ooit briljant ben daar was helemaal niks mis mee. Frank Heinen zou het prima kunnen, maar die vileine Özcan Akyol is ook perfect. Na dit korte item volgt er een gesprek over een zwaar of licht onderwerp dat speelt in het land van het WK. Een makkie in Frankrijk: homohaat, problemen met allochtonen, de Franse keuken, waarom Fransen altijd chagrijnig zijn? En als niemand kan, bel je gewoon Ilja Gort. Belangrijk is de kwaliteit van de interviewer, een handige schakelaar tussen het zware en het lichte werk: Denk Matthijs, Wilfred de Jong en als zij hun rol te marginaal vinden, is Willemijn Veenhoven een perfect scherp talentje. Daarna moet je even terugkeren naar het voetbal, maar vermijd Aad de Mos-achtige analyses.
Denk bijvoorbeeld aan iets als Kookgeheimen (nee Jan: Wim Kieft hiervoor vragen, is niet grappig) waarin de briljante Siemon de Jong het favoriete gerecht van een speler kookt. Ondertussen babbelt hij een beetje over het leven met de mannen. Voor de vrouwelijke kijkers zit er een dagboek in het programma genaamd Lieve Johan. Een anonieme schrijver heeft een dagboek geschreven van een zeventienjarig meisje dat bij SC Buitenveldert voetbalt. Haar vader en moeder zijn allebei vetrokken en ze schrijft elke dag een brief aan fictieve vader Johan Derksen op wie ze enorm lijkt (ongenuanceerd, scherp, manisch met orde). Anouk Hoogendijk leest het verhaaltje elke dag voor.
Gedichten, een beetje koken, verhalen en zware gesprekken zijn leuk, maar het moet niet te zwaar worden allemaal.
En dus moet er ook cabaret in het programma. Maar geen gerommel zoals Cojones en dus moeten er nu al grappenmakers klaarstaan die de komende twee jaar in de theaters hun imitaties bijslijpen. Martijn Koning is de aangewezen man om het te doen, maar zet daar een beetje een regelaar naast want Koning is een enorme chaoot. Ik heb wel al een verhaallijntje; een man of zes die al sinds hun jeugd samen voetballen. Ze lullen wat over het leven en denken terug aan de tijd dat het leven nog overzichtelijk was. Ik zie het wel voor me zo’n programma Jan; een naam heb ik ook al voor je: Kleedkamer 4, zo’n plek waar het hele leven in past, heb je ook meteen het decor te pakken.