Column

Breng antisemitische Turkse jongeren naar Buitenveldert

25-02-2013 14:41

Met gekromde tenen keek ik vanochtend naar een videofragment van het NTR-programma Onbevoegd gezag. In de tv-reportage had de Turkse buurtwerker Mehmed een gesprek met zes Turkse jongens over Joden. De uitlatingen van de pubers waren niet van de lucht: van ‘ik haat Joden, klaar’ tot ‘ik ben er wel tevreden mee wat Hitler met de Joden heeft gedaan’. De buurtwerker probeerde de groep tevergeefs van gedachten te doen veranderen. Een van de kids wedde er zelfs 50 euro op dat het Mehmed niet zal lukken om hem binnen een jaar te overtuigen van het tegendeel.

Als Nederlander met een Turkse achtergrond (Turkse vader, Nederlandse moeder) schaam ik me voor deze jongeren. Hoewel het in het filmpje om slechts zes pubers gaat, is hun mening mij zeker niet vreemd. Die kom ik geregeld tegen als ik met Turkse Nederlanders over mijn werk praat. Als journalist werk ik namelijk voor een aantal Joodse opdrachtgevers, waaronder de Joodse community-site Jonet.nl, waarvan ik de hoofdredactie voor mijn rekening neem. Als ik Turken vertel over mijn werk, dan moet ik bij het onderwerp ‘Joods’ bijna altijd uitleg geven. “Nee, Joodse Nederlanders zijn geen Israëlische soldaten. Het zijn burgers net als jij en ik. En nee, ze zijn het zeker niet allemaal eens met het beleid van Israël”, vertel ik dan. De uitleg zorgt voor begrip, maar toch blijven de vooroordelen groot. Ze lopen uiteen van ‘Joden hebben veel geld’ tot aan ‘Ik ben tegen Joden, want ze haten moslims en doden Palestijnen’. Wat opvalt is dat veel Turkse Nederlanders de Joden in ons land voor honderd procent gelijk schakelen met het conflict in het Midden-Oosten.

Turken kunnen leren van Joden

Het zijn met name jonge Turkse Nederlanders die ik telkens een spiegel moet voorhouden. Dat baart me grote zorgen. Immers, de Turken die in ons land wonen gaan niet terug en blijven burgers van dit land. De gemeenschap, die zo’n 385.000 zielen telt, is groot en divers. Veel Turken doen mee in de samenleving en dragen hun steentje bij aan onze economie, maar toch speelt integratie nog steeds een grote rol in het vormen van hun definitieve positie in Nederland. Immers, integratie heeft niet alleen te maken met het leren van Nederlands, het halen van je diploma’s of het opstarten van een succesvol bedrijf. Het heeft ook van doen met het onderschrijven van Nederlandse waarden, zoals respect hebben voor elkaar en voor andere minderheden. De Joodse minderheid is aanzienlijk kleiner – circa 50.000 personen – , maar is een essentieel onderdeel van de Nederlandse samenleving en geschiedenis. Al in de Middeleeuwen waren hier Joden. Met de Sinti en Roma behoren zij tot de oudste minderheden. Als Turkse Nederlanders iets over integratie kunnen leren, dan is het wel van de Joodse groep.

Maar ik maak me vooral zorgen over de toekomst. Wat moet er van onze samenleving worden als deze Turkse jongeren straks hun antisemitische opvattingen in de praktijk brengen? Groeien hun Turks-Nederlandse kinderen straks op met dezelfde ideeën? Zijn Joodse burgers dan nog wel veilig en tellen ze in bepaalde delen van ons land later nog wel mee? In de praktijk merk ik vooral dat dit soort jongens nog nooit fysiek in aanraking zijn gekomen met Joden. Ze kennen geen Joodse jongeren, hebben nog nooit een synagoge bezocht en verwarren de Holocaust met het conflict in het Midden-Oosten. Zoals gezegd gaat het bij het NTR-programma Onbevoegd gezag over zes jongens, maar het is zeker niet de eerste keer dat blijkt dat antisemitisme onder deze en andere jongeren leeft. Daarom ondersteun ik de oproep van het Cidi aan de minister van Onderwijs om een onderzoek te doen naar vooroordelen over Joden onder alle middelbare scholieren in Nederland. Ook moet de minister dan kijken naar de achtergrond van de jongeren. Met de cijfers in de hand kun je beleid maken dat zorgt voor de afname van antisemitisme en toename van verdraagzaamheid. Binnen dat beleid moeten Turks-Nederlandse instellingen, moskeeën en zeker ook de ouders dan worden betrokken.

Excursies naar Buitenveldert

Ten slotte suggereerde iemand vandaag nog op Twitter om dit soort jongens naar Dachau, Sobibor of Auschwitz te brengen. Zo’n reis zal zeker indruk maken, maar toch lost het de alledaagse gang van zaken in Nederland niet op. Dit probleem is immers grotendeels een kwestie van ‘onbekend maakt onbemind’. In de belevingswereld van deze jongens draait alles om hun eigen niveau en leven. Het zou dus erg goed zijn als zij Joodse jongens van hun leeftijd ontmoeten en leren kennen. Ook kun je denken aan excursies van schoolklassen naar de wijk Buitenveldert in Amsterdam-Zuid. Daar woont en werkt een groot deel van Joods Nederland. Zo’n excursie laat jongeren zien hoe Nederlandse Joden leven, wie ze zijn en wat hen beweegt. Zien, horen, ruiken en proeven zorgt namelijk voor meer inzicht en begrip. Alleen met meer kennis over elkaar kunnen we bouwen aan een Nederland waarin bevolkingsgroepen respectvol en vriendelijk met elkaar omgaan.

Kemal Rijken is journalist voor onder meer Jonet.nl, Metro en Binnenlands Bestuur. Ook schreef hij het boek ‘Roma’, over de geschiedenis van de Nederlandse Sinti en Roma.