Column

Brief aan mijn dochter – Door W.A. Van Buuren

27-04-2014 16:03

Lieve Amalia, je zal deze brief pas over vele jaren lezen, maar gisteren heb je onze eerste Koningsdag gevierd. Je deed het geweldig. Je wuifde heel goed, heel koninklijk. Alleen moet je nog leren om als het volk voor ons klapt, niet mee te klappen. Wij klappen niet voor onszelf. Dat is vreselijk burgerlijk. Maar dat zal oma je nog wel leren.

Nu, een dag later, voel ik me vooral schuldig. Ik heb je definitief overgeleverd aan het beest. Het duizendkoppige beest dat lallend en kwijlend steeds maar meer en meer van je wil. Een Oranje tsunami met een meedogenloze onderstroom die aan je blijft trekken tot je kopje onder gaat. Mensen met hoedjes en een manische blik in hun ogen. Overal waar je kijkt ongewassen burgermanshandjes die hun tengels naar je uitstrekken, terwijl ze in hun andere constant klikkende kameraatjes dragen.

Nu vinden ze je nog schattig, maar over een paar jaar slaan ze toe. Juist als jij in de onzekerheid van de puberteit komt, zullen ze je bestoken met oordelen en afgunst. Ze zullen verantwoording eisen voor de kleinste dingen. Je bent immers hun vorst. Je hebt naar hun pijpen te dansen.

Amalia, men zegt dat wij koning zijn dankzij het droit divin, het goddelijk recht. Ik vermoed dat dat klopt, want het is een onmenselijke taak. Maar wat voor Koning zijn wij?

Ons koningschap kent slechts twee eisen: je moet de juiste vader of moeder hebben, en je moet eenmaal per jaar bewijzen dat je niet te te zwakzinnig bent om te kunnen koekhappen. Noem het een koninklijke vlokkentest. Maar wat krijgen wij daarvoor terug?

Je oma hield zichzelf nog voor dat zij macht had. Zie liet zich door haar onderdanen ‘majesteit’ noemen. Wie houd je voor de gek, dacht ik dan. Dat toneelstuk heb ik direct afgeschaft. Tot woede van je oma. Volgens haar ben ik sinds het overlijden van oom Friso weer de Oranje met de minste hersenactiviteit. Ik spreek haar niet tegen.

Maar soms denk ik dat het Koningschap alleen werkt met een beetje gezonde onderdrukking. Zoals Kim Jung Un, die in Noord-Korea gewoon bepaalt dat al zijn onderdanen het zelfde kapsel als hij moeten dragen. Dat lijkt me wel wat: Maarten van Rossem en Boris van der Ham die verplicht met een vrolijk blonde bloempot op hun kop rondlopen.

Of een volledige gecontroleerde staatsomroep. Ik weet: op het propagandakanaaltje van mevrouw Kersseboom is ook geen kritische noot te ontdekken, maar dat bedoel ik niet. Niet die pulp van ‘oh wat zien ze er weer schattig uit en wat fijn dat wij er weer bij mogen zijn’, maar ouderwetse indoctrinatie. Ik wil net als Fidel Castro achttien uur achter elkaar het volk toespreken op alle netten tegelijk.

Eigenlijk wil het volk geknecht en vernederd worden. Het volk eist pracht en praal en een meedogenloze vorst. Ze zullen je er om haten, maar je oogst er wel hun respect mee. Dat heb ik van je moeder geleerd. Maxima is razend populair. Niet omdat ze zo vrolijk en spontaan is. Maar omdat ze zich kleedt en gedraagt als verwacht wordt van ‘de boven ons gestelden’. Maar goed, je moeder heeft dan ook van huis uit meegekregen wat het is om tot een meedogenloze elite te behoren.

Maar het is al te laat. Daar kan zelfs je moeder niks meer aan veranderen. Nederland is een monarchie met het volk als koning en de koning als nar. En de nar? Die zal dansen. Dansen tot ik er dood bij neerval. En als het volk uitgekletst is op zijn dijen, dan, Amalia, staat het volgende slachtoffer alweer klaar om verscheurd te worden.

Lieve Amalia,

Eigenlijk hoop ik dat ik over dertig jaar geen koning meer ben. Dat ik het zo slecht heb gedaan, dat men mij heeft afgezet. Dat je moeder en ik dan toch die villa in Mozambique hebben kunnen kopen. Dat ik watermanager in ruste ben. Dan hoop ik dat jij met een leuke Mozambikaanse vent bent getrouwd. Een veeboer ofzo, die helemaal niet weet dat jij ooit een prinses was, maar je wel zo behandelt.

En als je dan jarig bent, komen wij langs. Alleen wij, je moeder en ik.

En dan gaan we koekhappen. Omdat het zonder pers en publiek eigenlijk best een leuk spelletje is.

Deze column werd zondag voorgedragen bij Limes030.