Vorige week werd op Curaçao Gerrit Schotte opgepakt en dagenlang verhoord. Deze oud-premier blijkt veel geld te hebben gekregen van Francesco Corallo, een casinomagnaat die nauw is verbonden met de Italiaanse maffia. Schotte werd in oktober 2010 de eerste premier van het nieuwe land Curaçao. Daarna werd in twee jaar tijd de staatskas geplunderd. Schotte probeerde Corallo een diplomatieke functie te geven en diens rechterhand hoofd te maken van de Centrale Bank. Onder Schotte werd bij de geheime dienst Curaçao massaal informatie over de onderwereld ontvreemd – ook informatie van de AIVD. Deze week bleek uit het verslag van de ‘commissie Stiekem’ hoe belangrijk dit is voor Nederland, de zaak is in het geheim met de fractievoorzitters in de Tweede Kamer besproken.
Het premierschap was voor Gerrit Schotte het hoogtepunt van een criminele carrière. Hij kon rekenen op invloedrijke vrienden, zoals Robbie dos Santos, de loterijbaas op Curaçao. En dus Francesco Corallo, de casinobaas op Sint Maarten. Premier Schotte werd een loopjongen van de onderwereld. In de VS probeerde hij bevroren tegoeden van Dos Santos los te krijgen. Italië vroeg hij hulp om Corallo een diplomatiek paspoort te bezorgen. Maar Schotte had deze positie ook te danken aan Nederland, dat in 2010 niet wist te voorkomen dat op Curaçao dubieuze figuren de macht overnamen.
De regering van Schotte eindigde in september 2012, toen Helmin Wiels besloot zijn steun op te zeggen. Wiels had Schotte in oktober 2010 gesteund, om bij de start van het nieuwe land de oude elite buiten de regering te houden. Maar hij merkte al snel dat hij met Schotte de onderwereld in het zadel had geholpen. Op 5 mei vorig jaar werd Wiels op afschuwelijke wijze vermoord, nadat hij had aangekondigd criminele praktijken in het bestuur van Curaçao openbaar te zullen maken. Het onderzoek naar de opdrachtgevers van deze moord loopt langzaam ten einde. In de zaak Schotte zijn mensen gehoord en huiszoekingen gedaan op Curaçao, op Sint Maarten en in Italië. Ondertussen is na langdurige druk vanuit de Tweede Kamer ook een grootschalig onderzoek gestart naar de banden tussen de politiek en de maffia op Sint Maarten. De onderzoeken naar de verbondenheid tussen politiek en onderwereld hebben ook geleid tot agressie en intimidatie tegen journalisten op Curaçao.
Wat de uitkomst van al die onderzoeken zal zijn weet ik niet. Ook weten we nog niet wie de opdracht voor de moord op Wiels heeft gegeven en hoe de criminele netwerken tussen Sint Maarten en Curaçao precies lopen. Maar wat ik wel weet is dat we onze ogen niet meer kunnen sluiten. Dat politici in Nederland eindelijk moeten erkennen dat deze eilanden in de greep zijn van maffiose figuren. De voorstanders in de Tweede Kamer van de nieuwe staatkundige verhoudingen (PvdA, CDA, D66, ChristenUnie en GroenLinks) moeten nu eindelijk maar eens inzien dat vooral de maffia heeft geprofiteerd van de grotere autonomie van Curaçao en Sint Maarten.
Curaçao en Sint Maarten zijn prachtige eilanden, met prachtige mensen. Maar ook eilanden met grote tegenstellingen. Waar rijke buitenlanders de belastingen komen ontduiken, terwijl veel eilandbewoners hun eigen gezin nauwelijks kunnen onderhouden. En het zijn eilanden waar maffiose figuren rijk worden met fraude en witwassen, drugstransporten en vrouwenhandel. Volgende week komen in Den Haag parlementariërs van Nederland bijeen met parlementariërs uit Aruba, Curaçao en Sint Maarten. Ik wil de Nederlandse regering opdragen de eilanden alle hulp te bieden bij de bestrijding van de maffia. Maar dat kan alleen als politici op de eilanden daar ook aan willen meewerken. In ruil voor onze steun zal ik hen volgende week vragen inzicht te geven in de financiering van hun partijen. Op de eilanden zal het foute geld uit de politiek moeten verdwijnen.