De FBI en Apple raakten begin dit jaar met elkaar in conflict. De FBI wilde dat Apple de iPhone van één van de San Bernardino terroristen zou ontsleutelen. Op het eerste gezicht een onschuldig verzoek. Maar de realiteit is juist dat een dergelijke ingreep onze digitale veiligheid zou ondermijnen. Niet doen dus. Apple weigerde dan ook, waarna de FBI de telefoon zelf kraakte.
Een slechte ontwikkeling en de wereld op zijn kop. De FBI zou Apple juist moeten helpen om gaten in de beveiliging van iPhones te dichten in plaats van ze hackbaar te maken. Daarmee is onze veiligheid pas echt gediend. Helaas denkt niet alleen de FBI, maar ook ons kabinet dat het hackbaar maken van telefoons ons veiliger maakt. Het is namelijk een denkfout dat alleen de politie gebruik zou kunnen maken van veiligheidslekken in je telefoon. Wie één iPhone hackt, maakt alle iPhones kwetsbaar.
Om die ene iPhone te ontgrendelen zou Apple namelijk een achterdeurtje in de beveiligingssoftware van alle iPhones moeten aanbrengen. Terroristen en criminelen zouden niets liever willen! Niet alleen de FBI, maar ook criminelen, buitenlandse inlichtingendiensten en andere kwaadwillenden kunnen dan inbreken op elke smartphone.
Op een smartphone staat informatie die criminelen maar wat graag willen hebben. Uit onderzoek blijkt dat minimaal 15 procent van de Nederlanders weleens te maken heeft gehad met verlies of diefstal van persoonsgegevens. Met alle nare gevolgen van dien. Je gebruikt je telefoon om foto’s te maken, te internetbankieren en je e-mail te lezen. Met al deze informatie kunnen criminelen identiteitsfraude plegen en in één ruk je bankrekening leeghalen. Of kwaadwillenden spitten je telefoon door voor interessante whatsappjes of privéfoto’s. Mensen die zeggen dat ‘ze niets te verbergen hebben’, vergeten die ene romantische foto of dat persoonlijke mailtje. Zoals Apple zei in een verklaring tegenover Amerikaanse congresleden:
“Sommigen van jullie hebben nu misschien wel een iPhone in hun broekzak zitten. En als je erover nadenkt, staat er misschien wel meer informatie opgeslagen op die iPhone dan een dief zou kunnen stelen als hij bij je thuis inbreekt.”
De enige manier waarop we die inloggegevens, foto’s en andere data kunnen beschermen is door de telefoon goed te beveiligen. Niet voor niks verbeterde Whatsapp vorige week de versleuteling van berichtjes. Maar toch kiezen de Amerikaanse FBI en ons eigen kabinet ervoor de veiligheid van smartphones te verzwakken.
Inmiddels is het de FBI toch gelukt om de iPhone te hacken door middel van een kwetsbaarheid die zelfs Apple nog niet kent. Door niet aan Apple te vertellen hoe iPhones via dit achterdeurtje gehacked kunnen worden, kunnen de softwarefouten niet gedicht worden. Zo holt de FBI onze veiligheid uit. Het kabinet van VVD en PvdA doet daar zelfs nog een schep bovenop met de zogeheten hackwet. Dit wetsvoorstel geeft de politie de bevoegdheid om op afstand in te breken in telefoons. Dit gaat dus nog een stap verder dan het hacken van telefoons die fysiek in het bezit zijn van de politie. PvdA en VVD willen dus dat niet alleen de achterdeur van het slot is, maar dat alle deuren wagenwijd openstaan. Dat is goed nieuws voor iedereen die onze smartphones wil hacken en onze privé-informatie wil stelen.
In de fysieke wereld helpt de overheid mensen hun huis zo veilig mogelijk te maken. Bijvoorbeeld met de ‘Maak het inbrekers niet te makkelijk’-campagne. Maar vreemd genoeg doet de overheid in de digitale wereld precies het tegenovergestelde. Met de hackwet krijgt de overheid zelfs een belang bij onveilige telefoons. Dat is de wereld op zijn kop en dat moet echt anders. Laat de overheid een partner zijn van technologiebedrijven, in plaats van een vijand. Laat de FBI en oom agent helpen om softwarelekken te dichten in plaats van deze in stand te houden voor eigen gebruik.
