Soms ga ik terug naar een voetbalveldje waar ik als jongen van zes, zeven jaar met een bal aan de voet mij talloze keren Johan Cruijff waande. Ik sta daar dan een paar minuten, om te zien of ik dat ventje nog zie. Soms duurt het wat langer, maar ik ga nooit eerder weg voordat ik dat mannetje weer even heb zien lopen.
Het is niet dat ik sta te mijmeren over een gebrek aan talent voor wat een mooie voetbalcarrière had moeten zijn, maar ik kan het u van harte aanbevelen wanneer u de richting in uw bestaan even kwijt bent. Een moment contact maken met degene die u eigenlijk bent, kan de lucht klaren en u weer op het juiste spoor zetten. In het engels klinkt het zo: ‘You don’t know where you’re going to, until you know where you came from.’
D66 is een partij die al jaren niet omkijkt naar waar het vandaan komt. We weten allemaal waar het Van Mierlo bij de oprichting om te doen was: buiten de politieke partijen om de burgers meer directe invloed geven op het bestuur van stad en land. Burgemeesters en de minister-president moesten gekozen worden en directe invloed van burgers middels bindende referenda.
Dat daar vijftig jaar later nog niets van terecht gekomen is, is D66 niet helemaal aan te rekenen. De macht van een kleine partij is klein. Maar wat het verjaardagspartijtje afgelopen weekend zo ongemakkelijk maakte was niet het gebrek aan politiek resultaat, maar de aversie tegen de eigen reden van bestaan. De geboorte-akte helemaal negeren zou nog gênanter zijn geweest, maar er werd behendig om de wortels en kroonjuwelen van D66 heen gespeecht.
Partijleider Pechtold durfde het woord referendum nog wel één keer te noemen, maar de vieze bijsmaak was van de gezichten af te lezen. Na de referenda over de Europese grondwet (2005) en die over het Associatieverdrag met Oekraïne (2016) verheugen de Democraten zich niet op nog meer inspraak en verklaren zij de volksraadpleging voor achterhaald. De kroonjuwelen liggen in een doos in de kelder om er nooit meer naar om te kijken.
Hoe verwarrend dat is voor een politieke partij zagen we onder meer terug in de speech van D66-Europarlementariër Sophie in ‘t Veld. Als ergens sprake is van een kloof tussen burgers en bestuur dan is het in Brussel. De almaar groeiende weerzin daartegen vanuit Europa is een direct gevaar voor de EU en voor het ideaal van Sophie in ‘t Veld. Maar in plaats van dat gevaar te zien ging zij nog eens vol gas op de zegeningen van mínder invloed en méér Brussel. Alsof democratie de laatste vijftig jaar een hele andere betekenis gekregen heeft. Europa als “een krankzinnig avontuur” van ingrijpende veranderingen en open grenzen, waar burgers in de weg lopen als ze de zegeningen niet zien.
Politieke partijen die hun afkomst zo verloochenen verliezen gevoel van richting en profiel. D66 is al lang niet meer de democratiseringspartij die het ooit was. Het is een club bestuurders zoals alle anderen. Profiel danken de Democraten vooral aan Geert Wilders en sinds kort ook aan premier Rutte, waartegen het lekker afzetten is. Armoedig om zo met je rug naar je afkomst te staan, de oorsprong verwaterd en vergeten. Welke toekomst tegemoet?
Deze column werd eerder gepubliceerd op RTL Z.