Column

De minister moet zélf de propaganda doen

08-02-2016 15:09

Marcel ten Hooven, een ervaren en integer journalist, schreef zopas in De Groene Amsterdammer een mooi stuk (Blendle-link) over de verwording van het voorlichtingschap op de departementen. Die is al jaren aan de gang en er zijn slechts weinig politici die daar kritisch over (willen) spreken. Toen ik in 1977 minister van Binnenlandse Zaken werd, was daar Hoofd Voorlichting de oud-journalist Dick Houwaart. Een voorlichter van de oude stempel. Hij zorgde er met zijn medewerkers voor dat het beleid, de besluiten en de wetsontwerpen vanuit het ministerie werden uiteengezet en toegelicht.

De minister gaat over de propaganda

Van mijn secretaris-generaal hoorde ik dat Houwaart zich wat zorgen maakte over de komst van de nieuwe minister, die bekend stond om zijn gemakkelijk omgaan met de media, de journalisten dus. We spraken daar kort over. Het was, zoals Marcel ten Hooven in De Groene Amsterdammer schreef. Ik zei tegen mijn Hoofd Voorlichting: “Mijnheer Houwaart, u blijft uw werk doen zoals u dat altijd hebt gedaan, ik doe zelf de propaganda”. Die lijn staat haaks op de manier waarop tegenwoordig op tal van ministeries voorlichting bedreven wordt. In feite: propaganda.

Eén van de meest bekende voorlichters is mevrouw Stordiau, die zo’n twintig jaar de scepter heeft gezwaaid op het altijd zo gerespecteerde Ministerie van Justitie. Marcel ten Hooven citeert haar bij haar aantreden en haar vertrek: “Alles wat goed is voor de Minister en het ministerie dient bevorderd, alles wat slecht is, dient bestreden.”

En tijdens haar afscheidsreceptie: “We zijn er om het belang van onze bewindslieden te dienen. Dat is ons verdienmodel”.

Bonnetjes kwijtmaken en niet willen vinden

We zien nu tot wat voor excessen die koers heeft geleid. Bonnetjes kwijtmaken en niet willen vinden. Werk voor kleine krabbelaars. Gedekt en gewenst door hoger geplaatsten, die nooit tot dit soort optreden hadden mogen komen. En geen transparante voorlichting. We zien hoe het departement van Veiligheid en Justitie is beschadigd. Daar gaat het mij om. Het departement dat verantwoordelijk is voor het handhaven en hooghouden van de Rechtstaat heeft het beeld gekregen van een honk vol rommelaars.

Hoe beschaamd zullen al die ambtenaren, die vol inzet, betrokkenheid, integriteit en kennis en kunde hun werk doen, zich voelen: “Oh, werk jij op Justitie, nou, mooie boel daar!”

De hierboven geciteerde uitspraken van mevrouw Stordiau, overigens een bekwame vakvrouw, zijn nu wel in een schril licht komen te staan.

Het roer moet echt om

De vorige week verschenen berichtvorming van een oud-vertrouwensman op het ministerie is – al is er maar een deel van waar – bar en boos. “Alles was erop gericht het blazoen schoon te houden”, zei hij. Het ministerie ‘herkent zich niet in dit beeld’. Daar gaan we weer.

Het roer moet echt om. Eerlijk en feitelijke voorlichting voorop. Niet meer aan propaganda doen vanuit de ambtelijke kring rond de minister. Daar moet een bewindsman zichzelf mee zien te redden.