NOS-hoofdredacteur Marcel Gelauff moet ontslagen worden. Dat schrijft de Leidse hoogleraar astrofysica Vincent Icke in de NRC van dinsdag. Gelauff had namelijk eerder in diezelfde krant geschreven dat hij van mening is dat feiten niet bestaan. En iemand die zoiets zegt, aldus Icke, ‘moet niet alleen ontslagen worden, maar ook nog met pek en veren bewerkt.’ Gelauff mag zoiets niet zeggen want ‘redacteuren, journalisten en vooral wetenschappers’ behoren volgens Icke tot ‘de hoeders van de feiten’. U leest het goed, vooral wetenschappers zijn ‘hoeders van de feiten’. Icke heeft zichzelf en zijn beroepsgroep hoog zitten. Maar hoe zit het met de feiten?
Iedere redacteur en journalist (en nuchtere Nederlander) begrijpt wat Gelauff met zijn uitspraak bedoelt. Niets is wat het aanvankelijk lijkt, ook al wordt het aanvankelijk met de grootste stelligheid gebracht. Zielige politieke vluchtelingen die hier asiel komen aanvragen, die vreselijke verhalen vertellen en dus door iedereen geknuffeld worden, blijken achteraf sluwe jongens te zijn die gewoon op zoek zijn naar een beter bestaan. Dappere vrijheidsstrijders blijken achteraf net zulke grote massamoordenaars als hun tegenstanders. Schone wielrenners blijken grootverbruikers. Betrouwbare banken blijken broedplaatsen van bedrog. Serieverkrachters blijken in hun straat bekend te staan als brave huisvaders. Met veel bombarie gepresenteerde Haagse maatregelen blijken achteraf niks om het lijf te hebben. Vleeseters blijken achteraf toch niet agressiever dan vegetariërs. Wetenschappers blijken chronische leugenaars. Kortom, wie net als Gelauff in de journalistiek zit, voelt onmiddellijk grote argwaan wanneer een of andere deskundige of instantie hem (of haar) een ‘feit’ probeert aan te smeren. Schrijf nooit: ‘dat is een feit’. Gelauff herhaalt hier een wijze waarschuwing. Feiten bestaan niet.
Zeker, de NOS maakt met enige regelmaat fouten als het gaat om het navertellen van wetenschappelijk nieuws. Geen wonder. Gelauff beschikt over ruim 350 redacteuren, en daaronder zit geen enkele wetenschapsjournalist. En natuurlijk is de opmerking ‘feiten bestaan niet’ géén excuus voor dergelijke slordigheden. Maar het is wél een feit.
Bestaan er dan wel feiten in de wereld van Icke? Kent zijn vakgebied, de kosmologie, dan wél van die eeuwige, onomstotelijke feiten? Icke maakt op dat vlak een slinkse beweging. Niets is absoluut zeker, schrijft hij in de NRC. Daarmee geeft hij Gelauff alvast het grootste deel van het gelijk. En hij citeert er Christiaan Huygens bij. Een interessant geval, die Huygens. Een mooi voorbeeld van hoe creatief de wetenschap met het begrip ‘feit’ omgaat.
Huygens ontwikkelde een fraaie, sluitende verklaring voor het gedrag van licht, gebaseerd op de veronderstelling dat licht een golfverschijnsel is. Zo kon hij zeer veel eigenschappen van licht verklaren. Was zijn golftheorie dat daarmee een feit? Dat had het moeten zijn, maar helaas, in dezelfde tijd zei de veel beroemdere Newton dat licht een deeltje was. Daar had Newton absoluut geen bewijzen voor; Huygens’ werk was veel beter. Maar dankzij zijn gezag werd Newtons ‘verklaring’ veel breder geaccepteerd. Alleen, iedere natuurkundige wist dat Huygens’ theorie beter werkte. En dus werden die twee volstrekt onverenigbare verklaringen twee eeuwen lang naast elkaar gebruikt. Pas in 1900 ontdekte Max Planck een verschijnsel dat uitsluitend verklaarbaar was met de deeltjestheorie van Newton. Golf of deeltje, wat is het nou? Allebei, leren studenten sindsdien. Het hangt er maar van af wat je met dat licht doet. Dat is nu een feit.
Of neem het uitgangspunt dat er nooit ‘iets’ uit ‘niets’ kan ontstaan. Dat volstrekt logische uitgangspunt was de reden waarom Aristoteles de schepping afwees. En dat was weer de reden waarom de Kerk Aristoteles’ filosofie afwees. Die stelling, dat er nooit ‘iets’ uit ‘niets’ kan ontstaan, staat aan de basis van de moderne wetenschap. Daarmee verwerpt de wetenschap niet alleen elke goddelijke interventie; daaruit vloeien fundamentele natuurwetten voort. Mogen we twijfelen aan dit feit? Ach, natuurkundigen hebben inmiddels ontdekt dat het best kan: ‘iets uit niets’. Heel veel collega’s van Icke beweren dat het hele heelal spontaan uit ‘niets’ tevoorschijn is gekomen. Of, nog beter, een oneindig aantal heelallen uit het ‘niets’. Dat kan tegenwoordig allemaal. Dankzij ‘kwantumfluctuaties’. Waarmee maar al te duidelijk wordt: zelfs de hardste feiten hebben zo houdbaarheidsdatum. Feiten bestaan niet. Wetenschappers die dat ontkennen, dienen ontslagen te worden, en met pek en veren bewerkt. Gelukkig heeft Icke Gelauff al gelijk gegeven.