De media moeten geen aandacht besteden aan ruimtegekkies. Wetenschap is iets anders dan jongensdromen oppoetsen. We gaan de ruimte in. Nee, we gaan de ruimte ‘veroveren’! De Amersfoorter Bas Lansdorp verkoopt nu al enkeltjes Mars, voor een reis naar de planeet die iedereen, over een jaar of tien, thuis als reality tv kan gaan volgen. Utopia zonder uitgang. Kernfusiespecialist Gerald Kulcinski droomt ondertussen van bewoonde bases op de maan, gevuld met stoere mijnbouwers. Het zijn miljardenprojecten, en geen regering op aarde die daar serieus geld in wil steken, maar de media besteden er graag aandacht aan. Het is de eeuwige makke met journalisten. Het blijven domme romantici.
Gelovend in goed en kwaad, en in de sky die de limit zou zijn. Zo zorgen ze ervoor dat fantasten in de waan blijven dat ze belangrijk zijn, en denkt de burger dat zoiets nog kan ook. Anders zou het toch niet in de krant staan. Het schijnt dat vele honderden zich al hebben opgegeven voor Lansdorps zelfmoordmissie.
Wat gaan ze daar doen op Mars? Hun eigen groente kweken. En een beetje rondkruipen in hun containertje. En zwaaien naar de kijkers thuis, die stiekem hopen op seks en moord. En hoe gaan de marsreizigers dood? Aan hun eigen groente. Vorige week maakte Sidney Do van het MIT bekend dat uit zijn berekeningen blijkt dat de groente die Lansdorp wil gaan verbouwen zo veel zuurstof afgeeft, dat er in het ruimtestationnetje giftig hoge concentraties zullen ontstaan. En er zijn geen technieken om zuurstof te scheiden en af te voeren. Hij geeft ze twee maanden, dan is iedereen dood. Lansdorp is niet onder de indruk. Hij speelt gewoon de kaart van de almachtige wetenschap. Wanneer de eerste vlucht vertrekt, (hij denkt aan 2024) is er vast wel een apparaatje ontwikkeld om zuurstof te scheiden. Wie weet. Wie weet zijn zijn kandidaten dan inmiddels bij zinnen gekomen.
Wat te doen, daar op Mars? Geen hond die het weet. De maanfanaten hadden tot voor kort wél een soort van antwoord. Mijnbouw op de maan! De maan zit vast vol met zeldzame mineralen! De beste kandidaat-grondstof was tot voor kort helium-3. Een ideetje van die Kalcinsky. Dat is een heliumisotoop die door de zon wordt uitgeblazen en op de maan gewoon op de grond blijft hangen. En dat helium-3 is heel kostbaar; het is hier op aarde nauwelijks te vinden. Daar ligt het voor het opzuigen en je zou het goed kunnen gebruiken voor… kernfusiereactoren! Kortom, dankzij helium-3 zou een maanbasis winst op kunnen leveren. Als kernfusie er ooit komt. Maar daar twijfelt Gerald niet aan. Maanreisfanaten spreken al van ‘het achtste continent’, zoals Europeanen het een eeuw geleden hadden over ‘het zwarte continent’. En net als toen kunnen ze maar één reden verzinnen. Geld. Wetenschappers kunnen alle problemen aan. Dat gelooft niemand, behalve wetenschappers zelf.
Helaas, deze week gooide planeetonderzoeker Ian Crawford roet in het ruimtevoedsel. Hij rekende uit dat een kuub maanstof 20 milligram helium-3 bevat. Wie een beetje geld wil verdienen, moet een dagmijn bouwen zo groot als de grootste en lelijkste mijnbouwkraters hier op aarde. Puisten op de maan. Leg dan liever zonnepanelen op de maan, zegt Crawford. Dat levert veel sneller veel meer op. Maar natuurlijk. Welk een groene gedachte. Alleen moeten we eerst panelen ontwikkelen die geschikt zijn voor de barre omstandigheden daar; we moeten de duizenden tonnen materiaal daar naartoe schieten, de panelen daar assembleren, en dan methoden vinden om de energie op te slaan (onder die omstandigheden) en naar de aarde te transporteren. (Nee, dat straal je niet simpelweg door de ruimte over naar de aarde.) Iets zegt mij dat je beter kunt proberen om jezelf aan je kraag uit een moeras te trekken.
Mars One is geklets. Mijnbouw op de maan is geklets. Ieder weldenkend mens weet dat. Dat er mensen bestaan die onder dat soort wanen gebukt gaan – het zij zo. Daarvoor hebben we straks de participatiemaatschappij. Maar dat er media bestaan die aan dergelijk geklets serieus aandacht besteden, die net doen alsof dat soort geklets ‘wetenschappelijk’ is, dat is zorgelijk. Menige gek maakt geen enkele kans op media-aandacht. Waarom zij dan wel? Hebben wetenschapsjournalisten geen respect voor de lezer, of geen benul van wetenschap?