Dat vind ik dan weer zooo Nederlands, om te mekkeren over een paar honderd Nespresso-cupjes en twee glazen wijn bij de lunch, zoals RTL Nieuws doet. Kom op, mensen. We zijn hier inderdaad van het broodje kaas en het glas melk, onze premier woont heel eenvoudig en het halve kabinet komt op de fiets naar zijn werk, maar jeee, dat zijn politici, he! Die mogen helemaal niks, want als ze ook maar iets meer bestellen dan een afhaalpizza na een werkdag van 12 uur met nog 5 uur te gaan, begint het hele volk te jammeren: ‘En Dat Allemaal Van Onze Belastingcenten’.
Niet iedereen hoeft zo akelig precies te zijn als Mark Rutte, die zelfs geen theaterkaartje accepteert, maar het is wel nogal opmerkelijk dat een universiteitsbestuurder 27 duizend euro aan hotelkosten mag declareren – het bruto jaarinkomen van de portier die hem binnenlaat – omdat hij niet op en neer wenst te reizen tussen Ridderkerk en Amsterdam. Hallo! Dat is nog geen 100 kilometer.
En 324.000 euro voor autoritten met een chauffeur klinkt ook nogal veel, zeker afgezet tegen het salaris van een aio, die zich voor 2500 euro bruto per maand uit de naad mag werken. Ongetwijfeld zijn er allemaal prachtige verklaringen voor die te maken hebben met werkdruk, noodzakelijke snelle mobiliteit, vertrouwelijkheid en representatie, maar ja, hoe kan het dan dat het ene universiteitsbestuur het stukken bonter maakt dan het andere?
Vooral de bestuurders van de universiteiten in Utrecht en Amsterdam en van de TU Delft laten het breed hangen – al beweert Utrecht dat er niets is gedaan dat niet conform de regels is. Opvallend: de Universiteit Maastricht heeft een schoon blazoen. En dat terwijl er toch zo graag wordt afgegeven op de zuiderlingen, met hun royale manier van leven. Maar de Maastrichtse bestuurders reizen doodgewoon met de trein.
Dat je een keer business class vliegt voor je werk, vind ik niet zo gek. Dat hotels een paar keer wat duurder uitvallen – soit. Maar het is ergerlijk en fout als mensen zaken gaan declareren die ze toch echt uit hun eigen portemonnee moeten betalen, zoals snelheidsovertredingen, gebruik van een dienstauto voor nevenfuncties, en het in rekening brengen van de kosten die een meereizende echtgenote maakt. In al die gevallen is 10 euro net zo erg als 100 of 1000 – omdat het zo verschrikkelijk naar misbruik stinkt. En dat klinken groepsuitjes om aan ‘teambuilding’ te werken in het buitenland – altijd in het buitenland, nooit eens op de Wadden of in Drenthe – ook.
De meeste universiteitsbestuurders lijken zich niet te realiseren dat bij het instituut waaraan ze verbonden zijn en de mensen die er werken, het geld bepaald niet tegen de plinten klotst. Zo’n gebrek aan voorstellings- en inlevingsvermogen belooft weinig goeds voor het beleid dat ze ontwikkelen, de prioriteiten die ze stellen en de beslissingen die ze nemen. Dat is nog veel erger dan te royaal declareren.