Ik ben only one handshake away from Donald Trump. Een bevriende landgoedeigenaar uit Bloemendaal vertelde mij vorige week dat hij Trump goed kende uit de tijd dat zij allebei fortuin maakten in New York, toen die stad aan de rand van een faillissement stond. Alle publieke ruimtes verkeerden in de opperste staat van verwaarlozing. Het Central Park lag er troosteloos bij en op het ijsbaantje in dat park kon al jaren niet meer geschaatst worden. Donald Trump liet in de krant zetten dat hij bereid was die ijsbaan helemaal op te knappen zodat weer geschaatst kon worden. Het gemeentebestuur liet – ook via de krant – weten dat zij Trumps hulp zeer op prijs stelden. ‘Hulp, hulp?’ brieste Trump terug, ‘je denkt toch niet dat ik die losers in het gemeentehuis ga helpen. Die kunnen helemaal niks. Ik doe het alleen of ik doe het niet!’ (‘It’s true…’)
Trump kreeg zijn zin. Hij liet de ijsbaan piekfijn opknappen en bij de heropening liet Trump via een modellenbureau 100 jonge meiden aanrukken, die voor de lenzen van de verzamelde persfotografen hun elegante rondjes draaiden. ‘De publiciteit was overweldigend’ zei de Bloemendaalse landgoedeigenaar niet zonder bewondering. ‘Dat is Trump: hij gaat voor de easy wins. Let op mijn woorden.’
Het sluiten van de grenzen voor moslims is zo’n easy win. En de publiciteit is even overweldigend als destijds met die ijsbaan in Central Park. De nationale verontwaardiging, die ook in Europa doorklinkt is koren op zijn molen. Trump heeft nog maar een paar moslims teruggestuurd, maar het lijkt wel of nu al vele duizenden het slachtoffer zijn. Dat de rechter nu al een klein stokje heeft gestoken voor het inreisverbod van mensen met een green card mag te pret niet drukken. Trump zal zeggen dat hij gedwarsboomd wordt door de aanhangers van Hillary Clinton en de softies uit de Republikeinse Partij. Als hij teruggefloten wordt zal dat niet hem schaden, maar het Congres en de rechters.
Mijn collega politicoloog aan de UvA, Armen Hakhverdian, van wie in maart een boek uitkomt over politieke representativiteit, onder de titel ‘Nepparlement’, is door de actie van Trump een bekende Nederlander aan het worden. Armen is dit jaar gastonderzoeker aan de Universiteit van California in San Diego en was van plan om even naar Nederland te komen voor de publicatie van zijn boek. Maar nu overweegt hij niet te komen uit angst dat hij niet terug kan naar San Diego omdat hij behalve een Nederlands ook een Iraans paspoort heeft. Hij ervaart het decreet van Trump als een vernedering en overweegt vervroegd terug te komen naar Amsterdam. ‘Dat laatste zou een principiële keuze zijn. Wil ik in een land wonen dat mij niet wil? Een land dat eigenlijk liever had gehad dat ik er niet was geweest?’
Ik ken dat gevoel. Veertig jaar geleden mocht ik de VS niet in. In mijn geval was dat omdat ik lid was van de Communistische Partij van Nederland. Ook toen was dat inreisverbod voor communisten gebaseerd op het idee dat daarmee terroristen en spionnen buiten de deur gehouden werden. Destijds was inreisverbod gemakkelijk te omzeilen: bij de visum aanvraag hoefde je alleen maar in te vullen dat je nooit lid geweest was van een communistische partij. Ik heb dat geweigerd hoewel mijn Amerikaanse collega’s er op aandrongen dat ik dat wel zou doen. Zij vertelden me dat ook de vertegenwoordigers van de Chinese regering die na het herstel van de diplomatieke betrekkingen in 1972 op uitnodiging van de regering Nixon naar de VS kwamen gewoon zo’n formulier hadden gekregen waarop ze moesten verklaren dat zijn nooit lid geweest waren van een communistische partij. Ik heb toch geweigerd dat te doen om de reden die Armen Hakhverdian noemt. Ik vond het vernederend.
En dan te bedenken dat ik mij destijds nog kon troosten met de gedachte dat ikzelf gekozen had voor een politieke ideologie die de Amerikanen niet zinde.