Het gebeurde allemaal op een regenachtige dag in november. De regen viel uit de lucht alsof we God iets misdaan hadden, sterker nog: de oude gek, die het nodig vond om een wereld te scheppen waarin vrouwen ongestraft joggingsbroeken konden dragen en er geen subsidie bestond voor rokjes, had alle reden om pissed off te zijn. Weldra zouden wij hem aanroepen in een dans van planning en lust.
Ze vroeg of ik wel wist waar ik aan beginnen zou en dat dit ook het einde van mijn jongensbestaan zou betekenen. Ik antwoordde dat ik er al jaren vrede mee heb dat mijn flippo’s stof verzamelen onder mijn bed, vooral omdat ik nu een mini-deegroller bij mijn boodschappen krijg en er geen hyperfunctionele flippo’s in mijn chips zaten. Hoewel ik eens gestikt ben in een hand chips met flippo, is alles beter dan keuken-mini’s. Ook vind ik het geen probleem dat ik niet meer stampvoetend en vloekend door de kamer mag tieren als ik een potje Triviant v-v-v-v-verlies. Volwassen worden na je achtentwintigste is hetzelfde als het afstand doen van je kinder-laarsjes met een logo van B.A. Baracus: het ziet er niet uit, doet pijn van binnen en is het beste voor iedereen.
“Maar jouw huis is nog helemaal niet klaar voor een uitbreiding van ons gezin. Laat staan voor mij.”
“Zodra het er op lijkt dat onze eerste productie een feit is en echo’s als trailer van Worthy Junior Deel I te zien zijn, dan beloof ik dat ik de restanten van mijn getroebleerde puberjaren boven een vuilcontainer afgiet, zoals een gezette Indiaanse moeder met 23 kinderen de rijst voor haar gezin afgiet boven de rivier.”
“En we dopen haar. Of hem.”
“Haar? Dopen? Je bent er van op de hoogte dat de geslachtsbepaling nog niet bepaald geëmancipeerd is? Zaad rolt nog alsof het 1952 is, want hij bepaalt in jouw tuin of het een jongetje of meisje wordt.”
“Dus? Jij gaat macht uitoefenen op mijn baarmoeder? Kan dat?”
“Laat ik het zo zeggen: mijn ballen en ik zitten op één lijn als een keu en.. enfin, het beeld is duidelijk. Ik stel voor dat ik mijn leger om kinderen te maken – niet te verwarren met een kinderleger – niet zal opsplitsen in twee groepen en de ene helft links af zal laten slaan. Maar dan dopen we dat kind niet. Een kind dopen is sowieso hopeloos achterhaald: ik ga ook niet bepalen of hij voor Liverpool of voor PSV is. Als hij ooit besluit fan te worden van PSV, dan weet ik dat er in deze contreien een melkboer met een babbel zo nat als een waterval rondloopt.”
Het zou in een roman een doodongelukkig bruggetje zijn, maar zodra ik deze melkboerkwestie aankaartte veranderde haar vulva in een vlammende vulkaan als de Vesivius. Ik stak mijn vulpen in haar berg om nooit meer op te houden met het schrijven van inleidingen voor deze nog te beginnen levens. Tot er tientallen, honderden, nee; duizenden kleine mensjes die uit het hart tussen haar benen vandaan schieten, terwijl ik haar hand vasthoudt en alleen maar kan fluisteren: “Lieve, lieve, lieve God, ik heb geen Spa Kerk op mijn nachtkastje staan om deze jongens en meisjes een mini-douche te geven. Maar als je er voor zorgt dat mijn dochters niet thuiskomen met aardrijkskunde-leraren, dan zorg ik dat ze alleen vloeken tijdens live sport-tv. Deal?”.