Geen onderwerp dat zoveel terechte publieke woede uitlokt als internationale belastingontwijking. De listige constructies waarmee multinationals en de mondiale elite van welgestelden zich bedienen staan garant voor schokkende onthullingen in Zembla, Tegenlicht en de Volkskrant. Tegelijk hebben die publicaties iets van een Tibetaanse gebedsmolen. Het is de eeuwige cirkel van schandaal, de roep om politieke actie en vervolgens de orde van de dag.
Het is erger dan dat. Want ondanks alle vrome beloften zien we in de praktijk dat landen elkaar heftig beconcurreren om buitenlandse bedrijven te lokken. Een race naar de bodem. Daarbij doet de politieke kleur van regeringen er opvallend weinig toe. In Engeland na Thatcher ging Tony Blair (Labour) onverminderd door met het optuigen van fiscale voordelen om Londen tot mondiaal financieel centrum te maken. In België, Ierland en –het moet gezegd- ook in Nederland werkten linkse partijen mee aan de uitbouw van wat zo mooi heet een ‘fiscaal aantrekkelijk vestigingsklimaat’. Paradoxaal kent het kapitalistische Amerika een veel hogere winstbelasting (35 procent) dan de Europese verzorgingsstaten (rond de 25 procent).
Je zou er cynisch van worden. Veel bla bla maar er verandert niets. Toch zeg ik: dit keer wordt het anders. Er komt eindelijk actie.
Waarom denk ik dat? Om een aantal redenen, maar in essentie omdat de belastingontwijking zulke extreme vormen heeft aangenomen dat de fundamenten van onze economie en zelfs de democratie in het geding komen. Zelfs de OESO, de club van rijke industrielanden die ook het stelsel van internationale belastingverdragen coördineert, slaat alarm. De OESO berekent dat de effectieve belastingdruk op multinationals is gedaald naar rond de 5 procent. Dat is slecht voor de gezonde concurrentie want kleine ondernemers betalen wel het volle pond. Plat gezegd: de lokale koffiebar is kansloos tegenover Starbucks, dat niets betaalt.
De OESO vreest ook voor populistische aanvallen op de open economie. Is het gek dat kiezers zich keren tegen open grenzen als ze wèl de volle last van de internationale crisis moeten torsen terwijl de veroorzakers belastingvrijdom genieten? En tenslotte is er de tikkende tijdbom van ophopende kapitalen in tropische belastingparadijzen, die de economische kringloop verstoren en zeepbellen veroorzaken op de internationale kapitaalmarkten. Het gaat inmiddels om vele duizenden miljarden dollars – alleen al Apple heeft zo’n 150 miljard dollar op belastingparadijzen geparkeerd.
Vandaar dat de OESO voor het eerst met volle steun van de G20 landen een offensief is gestart om de uitwassen aan te pakken. Zo’n brede internationale aanpak is beslist nodig, want de kern van het probleem is dat nationale belastingstelsels slecht op elkaar aansluiten. Als in land A de rente op vreemd vermogen aftrekbaar is en in land B de winstbelasting bijna nul, dan kun je er vergif op nemen dat in land A de schulden neerdalen en in B de winsten.
Nederland heeft zich volledig gecommitteerd aan het OESO initiatief. Dat neemt niet weg dat Nederland, een belangrijke draaischijf voor het internationale kapitaal, ook eenzijdig maatregelen moet nemen. Dat gaat het kabinet ook doen. Lege ‘brievenbusmaatschappijen’ worden aangepakt en de verdragen met ontwikkelingslanden worden van anti misbruikbepalingen voorzien. Het zal best wat omzet kosten bij duurbetaalde fiscale adviseurs. Dat zij dan zo. Wie daar van baalt moet beseffen dat onze internationale reputatie ook wat waard is. Als we door de OESO in het verkeerde rijtje van landen worden gezet die meewerken aan belastingontwijking en fraude faciliteren zijn we pas echt ver van huis.
Ed Groot is fiscaal woordvoerder van de PvdA. Samen met vier andere Kamerleden schrijft hij voor ThePostOnline de politieke wisselcolumn De Kamer van Vijf. Iedere donderdag rond enen op ThePostOnline.