Voor degenen die de #ophef hebben gemist: een van de daders van de terreuraanslagen in Brussel, Ibrahim el Bakraoui, werd afgelopen zomer in Turkije tegengehouden bij de grens en teruggestuurd naar Europa. Zelf zag hij teruggaan naar België niet zo zitten, want meneer had meer op zijn kerfstok dan niet betaalde parkeerboetes. Dus werd hij op eigen verzoek op het vliegtuig naar Amsterdam gezet. De Turken stuurden nog een “very urgent” berichtje na, maar vergaten (volgens de versie van minister van Justitie Ard van der Steur) een waarschuwend telefoontje te plegen. ‘Er zijn geen fouten gemaakt, maar dit is wel weer een “leermomentje”’, zei Van der Steur We moeten allemaal wat beter met elkaar samenwerken, en dan komt het allemaal goed. Foutje, bedankt.
Totale onzin. Levensgevaarlijke onzin zelfs.
Wat minister Van der Steur hier eigenlijk zegt, is dat het is misgegaan omdat een van de actoren (Turkije) niet volgens protocol werkte. Blijkbaar is dus één vinkje vergeten op een meterslang protocollijstje voldoende voor de Nederlandse diensten om volledig op slot te draaien. Het kritisch denkvermogen van onze diensten eindigt op het moment dat de computer “no” zegt. Niemand die er aan dacht om even na te bellen bij onze Belgische collega’s om te vragen of meneer – afkomstig uit de top-10 jihadi-leverende landen en tegengehouden bij de Turkse grens – toevallig wat op zijn kerfstok heeft.
In plaats van onszelf af te vragen wat de gevolgen zijn van het doorgeslagen protocolfetisjisme en in hoeverre dit nog ruimte laat voor kritisch en creatief denkvermogen en/of een flinke portie nuchter boerenverstand, wordt er gek genoeg gepleit voor nóg meer protocolletjes. “We moeten meer samenwerken” is gratuite politieke prietpraat die onherroepelijk eindigt in een of andere Europeese samenwerkingsverbandorgaan-taskforce-kruisbestuivingsgroep die feitelijk niets te vertellen heeft. Want iedereen die denkt dat nationale inlichtingendiensten gezellig beppend achter de geraniums Facebookiaans elke scheet met elkaar gaan delen, leeft duidelijk in een hele andere wereld, en onderschat het onderlinge wantrouwen onder bondgenoten. Onvermijdelijk resultaat: een tandeloos Europees bureaucratisch orgaan wat haar bestaansrecht zal ontlenen aan kekke powerpointstroomschema’s. Oftewel: uren kostbare tijd zullen worden weggepist met nutteloze vergaderingen en een nietszeggend Nie Wieder “samenwerkingsprotocol”.
Er wordt wel eens gekscherend gezegd “inlichtingendiensten hebben alle informatie. Waaronder de juiste”. Dat is ook precies wat hier aan de hand is. Informatie hebben is een ding, deze op het juiste moment op de juiste waarde weten te schatten is een tweede. Vooral voor het op waarde schatten van informatie is de magische cocktail van gezond boerenverstand en kritisch denkvermogen cruciaal. Boeven vang je niet door netjes protocolletjes te volgen en lijstjes af te vinken. Je moet creatief zijn in het kat-en-muis spel. Zo is Al Capone ooit gepakt op belastingontduiking, werden Amerikaanse staatsburgers Iran uit gesmokkeld door zich voor te doen als een Hollywood filmcrew en viel Osama Bin Laden door de mand omdat er ineens een “zwart gat” viel in het communicatieverkeer.
Zo werd er binnen de CIA al gewaarschuwd voor een op handen zijnde aanslag in de aanloop naar 9/11: er circuleerden rapporten met titels zoals “Bin Laden plant grote aanslag”, en een maand voor de aanslagen zelfs “Bin Laden vastberaden om in VS toe te slaan”. Maar ook bij de diensten gaan mensen in augustus op vakantie. En net als in het gewone leven worden ook bij diensten dan dingen over het hoofd gezien. Dit is dus geen kwestie van “ze wisten het dondersgoed en hebben er niets aan gedaan”, maar eerder een kwestie van “signaal is niet op waarde geschat”. Dito het geval El Bakraoui. Het is al erg genoeg dat een (of meerdere) medewerkers die de Turkse brief onder ogen hebben gekregen en afgestompt “het protocol” hebben gevolgd, nu moeten leven met de wetenschap dat hun inertie “Brussel” mede mogelijk heeft gemaakt. Daar mogen wij niet lichtzinnig over doen door gemakzuchtig te roepen: “Dat hadden ze moeten weten”. Achteraf is het mooi wonen.
Het antwoord hierop is in ieder geval niet nóg meer protocolletjes. Nóg meer geestdodende vergaderingen. Nóg meer tenenkrommende “bilatjes” en infantiele powerpoints. Want papieren bureaucratie en risico-afdekkende regeltjes zullen het creatieve en kritische denkvermogen wat zo hard nodig is in de strijd tegen terreur in de kiem smoren. We hebben geen “nieuwe” regels nodig, we hebben geen “nieuwe” privacy-vernietigende inlichtingen nodig. De mogelijkheden om goed gedegen gerichte opsporing te doen zijn er al: je moet er alleen wel gebruik van maken, en dat vertrouwen ook in je medewerkers hebben. Er is namelijk geen enkele reden om aan te nemen dat de Belgische autoriteiten het Nederlandse verzoek om meer informatie over een tegengehouden Belg bij de Turkse grens hadden geweigerd. Je kunt ook zélf die telefoon eens oppakken, verdomme.
In plaats van politieke verantwoordelijkheid te nemen voor deze kapitale fout, probeert minister Van der Steur zich er uit te lullen door zich te verschuilen achter protocolletjes. Hiermee staat hij wat dat betreft symbool voor alles wat er momenteel mis is binnen de diverse veiligheidsdiensten. “Out of the box” is vooral een term waar tijdens vergaderingen mee wordt gestrooid maar als puntje bij praktijkpaaltje komt, raakt men in totale paniek zodra er iets afwijkt van het protocol. Tegelijkertijd voedt de minister hiermee het idee dat aanslagen te allen tijden te voorkomen zijn, als we maar de goede regelgeving hebben en hanteren. De protocolletjes volgen.
Voor zijn politieke overleving is het uitsmeren van verantwoordelijkheid (zodat uiteindelijk niemand écht verantwoordelijk is) de beste optie. Die route koos hij in zijn brief van donderdagavond. Voor effectieve terreurbestrijding is dat juist de slechtste route.