‘Beetje type Fischer,’ zei Frank de Boer over Krkic. Dat dat ‘m ooit nog moest gebeuren, om vergeleken te worden met een 19-jarig broekie dat bij Ajax speelt. Alsof Jaap Stam een beetje type Mike van der Hoorn is. En Lampard type Van Ginkel.
Bojan Krkic, de speler die je in Fifa altijd al op zijn vijftiende moest kopen, omdat hij dan de beste van het hele spel zou worden.
Een Spanjaard die Krkic heet, een kleine dribbelaar met een engelengezicht, de eerste doelpuntenmaker in de Champions League die in de jaren ’90 geboren is. De mythe zong: dit is de nieuwe engel van Barcelona. Maar zoals wel vaker, de engel viel. Via trampolines in Rome en Milaan valt hij nu via de directe vlucht Barcelona-Amsterdam zo de Arena in, waar hij de twintigste speler ooit wordt die voor beide ploegen uitkwam.
Daar waar ze engelen horen zingen, staat er nu één engel op het veld. ‘Ajax’ zingend terwijl hij de verdediging van Cambuur duizelig dribbelt. ‘Ajax’, een schaar, ‘Ajax’, een kap naar links, ‘Ajax’, een zinedinezidaantje, ‘Ajax’ en een schot op goal. En de engelen zullen op hun beurt ‘Bojan’ zingen, al is het maar omdat iedereen Krkic anders uitspreekt.
Ko van ‘t Hek is rechtsback, filosoof, scorebordjournalist, maar vooral ‘liefhebber van het spelletje’.
