Dus de Hoofdpiet zegt ‘kankerlul’. Was niet slim van Van Muiswinkel, als hij een beetje had opgelet hoe de hazen met name aan de voor hem oppositionele zijde van de fatsoenskloof lopen, had hij kunnen weten dat context en proportionaliteit er niets toe doen zodra je een foeiwoordje bezigt in Nederland Moraalkabouterland.
Van Muiswinkel sprak zich uit in het van beide zijden totaal verrotte Zwarte Pietendebat. Hij is tegen, en vindt de zwarte kindervriend een racistische karikatuur. Eentje die hij tegen een vorstelijke beloning vijftien jaar lang gestalte heeft gegeven, en dit naar wij mogen aannemen niet met een pistool tegen de slaap deed, maargoed. Mensen mogen van gedachte veranderen, het kan best dat je na aanhoudende protesten tot het inzicht komt dat jouw typetje een naargeestig racistisch product is.
Van Muiswinkel mag zeggen wat hij wil, en ik kan me de frustratie voorstellen. De twitter-orks die je wekenlang belagen met spelfouten en al, je bent het een keer zat en je mept van je af. Misschien na net een halve borrel teveel, iets te verhit, tik je een van-je-afbijttweet en drukt op send. Hoezeer hij ook het recht heeft om te zeggen wat hij wil, slim is het niet want onder fatsoenlijk-correct Nederland ben je dan wel subiet je sympathie kwijt. En types die zonder scrupules de meest racistische haat spuien jegens Zwarte Piet-tegenstanders, trekken opeens een vroom smoeltje en zeggen “ooooooohhh! HIJ ZEGT KANKERLUL!”
Het is geestig dat Van Muiswinkel tegen deze grens op loopt, dat hij meemaakt dat zijn uitbarsting, eentje die volledig binnen de grenzen van de vrije meningsuiting valt, geheel uit context wordt gehaald en wordt onderworpen aan een benauwde burgermansfatsoens-meetlat die in vrijwel alle gevallen uiterst selectief wordt ingezet. De kankerlul zal hem de rest van zijn leven blijven achtervolgen. Hij kan de kankerlul niet meer inslikken, de kankerlul achteraf nuanceren of verklaren zal niet helpen.
Het is geestig omdat de mensen uit het pro-Pietenkamp die Van Muiswinkel zijn kankerlul triomfantelijk nadragen, naar alle waarschijnlijkheid geen enkele moeite hebben met bijvoorbeeld Martin Simek’s gebruik van ‘zwartjes’ of mijn neologisme ‘dobbernegers’. Ik kan niet voor Simek spreken maar toen ik ‘dobberneger’ schreef, wist ik dat de moraalhorden ermee aan de haal zouden gaan. Het kon me niet schelen, ik vond en vind het een mooi woord en in de context van het stukje ook op zijn plaats. Ik vermoed dat Van Muiswinkel daarentegen onderschatte in hoeverre hij bij zijn medestanders weg kon komen met zijn kankerlul.
Je mag in Nederland niet grof zijn. Je mag iedere traditie-liefhebber een racist noemen. Je mag je carriere bouwen op het kapotmaken van Hans Janmaat, zelfs nu de man dood is en zich helemaal niet meer kan verdedigen, en zijn standpunten gewoon in het VVD-arsenaal zijn beland. Je mag jarenlang bij een keurige omroep in superkwetsende blackface rondhupsen. Maar om godswil, denk om de Toon!
De kankerlul is Van Muiswinkels dobberneger. Ik vind dat schitterend ironisch, want het verschil tussen de kankerlul en de dobberneger is niet de intentie waarmee en de context waarin het woord is gebezigd, niet de voorspelbare moraalpaniek die er op volgde, zelfs niet het opportunisme van lieden die zich zelf ook nogal fel roeren en zich opeens te chic wanen voor stevig taalgebruik. Het verschil is dat Van Muiswinkel gokte dat hij er wel mee weg zou komen. Dat hij zich als voldoende Deugend had gekwalificeerd. Dat Ons Soort Mensen dit soort ironie en provocatie zich wel kan permitteren, want context. Mis gegokt. Dit is Nederland, Van Muiswinkel. Dit is het verstikkende moralistische fatsoen dat je nu in de kont bijt, een klimaat dat jijzelf mede hebt geschapen.