‘We gaan niet meer beoordelen op uiterlijk’ zei het bestuur van de Amerikaanse missverkiezing deze week. Ik vreesde dat dit het moment was geworden voor mijn leesbril, maar ik had het goed gelezen, het stond er echt. Rosemarie Buikema, publicist en hoogleraar aan de Universiteit van Utrecht op het gebied van gender en cultuur is tevreden met deze ontwikkeling, want volgens haar creëert een miss een ontelbare hoeveelheid losers. Als je niet voldoet aan het schoonheidsideaal, dan krijg je het gevoel dat je als deelnemer te kort schiet. Buikema vindt het een stap in de goede richting dat de verkiezing in de VS meer de nadruk legt op persoonlijkheid. Het zou volgens haar pas echt revolutionair zijn als er vijf verschillende vrouwen tegelijk winnen, die allemaal verschillen qua uiterlijk en persoonlijkheid.
Het doorgeschoten gelijkheidsdenken kan blijkbaar altijd nóg extremer. Al sinds mensenheugenis heeft onze soort behoefte aan competitie: de snelste auto, de grootste vis, de langste penis, de mooiste carnavalswagen, de lekkerste haring en ja, de mooiste vrouw. Het wedijveren op uiterlijke kenmerken vinden we nou eenmaal leuk en de vraag is wat daar mis mee is. Daarnaast vraag ik me oprecht af of het wenselijk is dat er van bovenaf betutteling plaats gaat vinden over ‘wat kan en wat niet kan’. Het is natuurlijk geen toeval dat deze verpreutsing bij de missverkiezingen ontstaat in de nasleep van de #metoo affaires. Er blijkt wederom een groep in de maatschappij die enorm kwetsbaar is en die van bovenaf beschermd moet worden. De overweging om vrouwen juist weerbaarder te maken vindt naar mijn smaak tot nu toe veel te weinig opgang. Ik zou een slechte psychiater zijn als ik vrouwelijke patiënten uitsluitend bevestig in hun eventuele slachtofferschap zonder ze te helpen om beter opgewassen te zijn tegen de realiteit, die nou eenmaal niet ‘perfect’ is. Het vermijden van duidelijke vrouwelijke kenmerken ‘om maar niet aanstootgevend te zijn’, is dan ook een fraai staaltje vermijding in mijn ogen.
Een ander argument om tuinbroeken in plaats van bikini’s te propageren, komt voort uit het feit dat deelneemsters uit ‘bepaalde culturen’ zich ongemakkelijk voelen in deze outfit. Concreet denk ik dan aan een miss Arabische Emiraten die niet op hakken in een badpak op het podium mag paraderen vanuit haar geloofsovertuiging. Dat is vanuit islamitisch perspectief begrijpelijk, maar de vraag is of een Amerikaanse missverkiezing dan jouw doel moet zijn. Als koosjer eten veel voor je betekent, is inschrijven voor een all-you can-eat steak wedstrijd in Texas misschien ook niet zo handig.
Toekomstige deelnemers aan de missverkiezing in 2019 dragen wat mij betreft alles verhullende uniformen in grijstinten, waarbij uitsluitend persoonlijkheidskenmerken in kaart worden gebracht middels een goed gesprek met een psycholoog en een uitgebreide vragenlijst op de computer. Het gedroomde politiek correcte ideaal wordt dan eindelijk werkelijkheid: alle vrouwen zijn winnaar van de missverkiezing ‘want iedereen mag er zijn’.
De verwarring ronde deze verkiezingen toont ook fraai aan waar we als samenleving mee worstelen. Opvallen of excelleren op basis van bepaalde kenmerken wordt als bedreigend ervaren. Als ik presteer ten opzichte van jou dan ben jij per definitie een verliezer. Zijn we tegenwoordig zó narcistisch dat elke vorm van krenking een dramatische ego-deuk veroorzaakt? En wat dan nog?
De poedelprijs van ooit was bedoeld om de verliezer met een knipoog een aai over de bol te geven vanuit het volste vertrouwen dat ‘de loser’ het wel aankon. En ‘sorry’ en ‘excuses’ voor alle poedels die hier ooit door zijn gekwetst..