Ik heb een nieuw lijf. Met grotere borsten, een taille, heupen en ronde billen. Een lijf dat het niet bij elke inspanning dreigt te begeven. Een lijf dat soms geen pijn doet. Ik heb ook een nieuw gezicht. Met wangen waar je bijna in kan knijpen. Een gezicht met een gezonde kleur. Een gezicht dat soms rust en tevredenheid uitstraalt. Al voelt het meestal anders.
Leeg van binnen
Het valt verdomd weinig mensen op, dat nieuwe lijf van mij. ‘Zit daar echt 12 kilo aan?’, vragen vriendinnen verbaasd. ‘Maar WAAR dan?’ Volgens de dokters in de kliniek komt dat doordat een deel van de nieuw verworven kilo’s zich om organen hebben genesteld. Dat schijnt zo te horen, maar bij mij zat er bijna niks. Toen ik een paar jaar geleden in het ziekenhuis was voor een röntgenfoto van mijn buik, riep de radioloog enthousiast uit dat hij ‘nog nooit zulke fotogenieke darmen had gezien’. Nu ben ik niet meer leeg van binnen. Niet letterlijk, in ieder geval.
Want andere mensen mogen het dan niet zien, voor mij is dat anders. Elk onsje heeft in mijn hoofd een plek gekregen. Ik zie de kilo’s zitten op mijn buik, armen, dijen. Knijp argwanend in mijn vel om te onderzoeken hoeveel ik kan vastpakken. En hoewel mijn kledingmaat weinig is veranderd – van een kleine 34 naar een 36 – blijven de broeken voor de zekerheid in de kast. Een jurk past altijd. Een jurk is veilig.
Want dit is mijn lichaam
Deze week moesten we voor therapieonderdeel ‘lichaamsbeleving’ foto’s van onszelf door de jaren heen verzamelen. Een heftige opdracht. Niet alleen omdat ik er een hekel aan heb beeld van mezelf te zien. Maar ook omdat ik mijn fotoboeken sinds vorig voorjaar niet meer had aangeraakt. Mijn oude leven was veilig weggeparkeerd in de studeerkamer en dat vond ik prima.
Maar nu moest ik wel. Drie dagen lang selecteerde ik plaatjes, knipte alles netjes uit en plakte ze vervolgens in chronologische volgorde op een vel wit papier. Op maandag nam ik de collage mee naar de kliniek. En keek voor het eerst echt naar mezelf. ‘Hier was ik 13’, vertelde ik de anderen. ‘Toen vond ik mezelf te dik en begon aan mijn eerste dieet.’ Ze luisteren aandachtig. ‘Kijk, op die foto ben ik 19. Ik had destijds af en toe eetbuien en slikte bergen laxeertabletten.’
Daarna wordt het echt moeilijk. ‘Dat is op mijn 21ste, toen ik ziek werd op vakantie en bijna een maand alleen in het ziekenhuis lag.’ ‘Daar ben ik 23; de enige tijd die ik me kan herinneren dat ik echt gelukkig was.’ ‘En deze foto is uit 2004. Toen ik net had gehoord dat de ex zich had opgehangen. Toen ik besloot het hongeren echt goed te gaan aanpakken. Toen ik dacht dat de toenmalige liefde heus wel met me zou willen samenwonen als ik maar dun genoeg werd. Daarna is het nooit meer bergopwaarts gegaan.’
Van BMI 20, naar 18, naar 16, naar 14 en weer terug. Nu is het 2010 en ben ik iemand anders. Maar wie dat is, weet ik nog niet precies.
Kijk hier voor een overzicht van eerdere Ana-files.