De zeevissen gaan de komende vijftig jaar flink krimpen, zo hebben Canadese biologen voorspeld. Ze worden een kwart korter, door het broeikaseffect. Goed, het is maar een computermodel. En het is in zekere zin goed nieuws, want tot nog toe kregen we te horen dat de wereldzeeën over tien jaar compleet leeg zouden zijn. Wat gaat het worden? Zijn er over vijftig jaar nog haringkarren, of zijn ze alleen een kwart kleiner? Kan het u wat schelen? Nee dus. Dan eten ze straks maar wat anders. Wat je nooit hebt geproefd, kun je niet missen.
We zeggen het nooit. We durven het niet te zeggen. Maar eigenlijk zijn we sick and tired van al dat doemdenken over het broeikaseffect. We willen gewoon leven. Gewoon genieten gedurende de korte tijd dat wij hier op aarde zijn. Zonder dat kolossale schuldbesef dat de broeikasfilosofen op onze schouders willen leggen. En het moet gezegd, die vluchtpoging is redelijk geslaagd. Niet alleen de gewone Nederlander, ook de Haagse politiek komt het woord ‘klimaatbeleid’ inmiddels de neus uit. En het mondiale ‘klimaatbeleid’ is morsdood. We mogen doen wat we willen. Laat de volgende generatie zich maar zorgen maken.
Drastische ingrepen
Maar dan hebben we buiten Herman Philipse gerekend. Herman behoort tot de nu zo geminachte minderheid die nog steeds ‘doordongen’ is ‘van de urgentie van het klimaatbeleid’. Herman ziet ook wel dat er van de huidige generatie niks meer te verwachten valt, en lanceert in de NRC van donderdag een sluw plan om voor dat klimaatbeleid alsnog een meerderheid te verzamelen.
Philipse’s opiniestuk (op de site helaas slechts te lezen voor abonnees) bestaat voor driekwart uit een schoolboek-hoofdstuk over het broeikaseffect dat er heel gemakkelijk uit gesloopt had kunnen worden. Maar Herman is wél distinguished university professor in Utrecht, en met zo’n ronktitel heb je bij de NRC natuurlijk een streepje voor. Na die lange saaie les komt hij met zijn sluwe zet:
“We kunnen van alles doen. Een belangrijk voorstel is om toekomstige generaties, die zwaar zullen lijden en wellicht teloorgaan ten gevolge van (…) klimaatverandering, nu reeds een stem te geven in de politieke besluitvorming. Mijn voorstel is (…) aan een vijfde van de leden van de Staten-Generaal de taak te geven de belangen van toekomstige generaties te behartigen, door alle relevante beleidsterreinen grondig om te spitten op grond van de beste wetenschappelijke gegevens. (…) Alleen door een dergelijke drastische ingreep kunnen we hopen dat de nu te vormen regering en de Staten-Generaal verantwoord zullen omgaan met het urgente en complexe probleem van de klimaatverandering.”
De beste wetenschappelijke gegevens
We zien hier een bekend probleem. Eerder zagen we het al bij Siewert van Lienden, het babbelkousje van G500. Die meent ook al dat je democratisch verkozen volksvertegenwoordigers moet vertellen wat ze moeten doen. Herman en Siewert: geen benul van wat democratie is, en waar het voor staat. Philipse is er heilig van overtuigd dat alles anders wordt als we maar luisteren naar ‘de beste wetenschappelijke gegevens’ (hij zal wel zeggen welke dat zijn). En hij denkt dat ‘we’ (hij dus) de leden van de Eerste en Tweede Kamer mag opdragen om voortaan ongeboren kinderen te vertegenwoordigen – die arme ongeboren vruchtjes die straks vreselijk zullen lijden en wie weet ten onder zullen gaan. We moeten iets doen, voordat ze ons (als we overleden zijn) vreselijke verwijten gaan maken. En dan laten we de praktische bezwaren maar even rusten. Maar het ergste is natuurlijk dat deze distinguished professor het waarschijnlijk nog een goed idee vindt ook. Ik zie Herman al rondgaan op het Binnenhof: “Jij vertegenwoordigt niet de VVD, en ook niet het volk – jij vertegenwoordigt voortaan het ongeboren volk. En dus ben jij voortaan vreselijk bang voor het broeikaseffect… en jij ook… en jij…”
Het is vervelend voor doemdenkers maar: (Tolstoj zei het al) de mens went aan alles. De mens is een merkwaardig beest. Hij overziet de schamele restanten van de wereld die aan hem vooraf ging, en prijst ‘De Vooruitgang’.