Minister Asscher waarschuwde recent voor de gevaren van robots. Een groot verlies aan werkgelegenheid zou daardoor op de loer liggen. Minister Asscher heeft de angst voor robots duidelijk niet van een vreemde. Want in 1979 luidde Joop den Uyl ook de noodklok over de gevaren van de computer. De gelijkenis tussen hun beide verhalen is treffend. Zowel Asscher als Den Uyl erkennen dat de technologische doorbraken uit het verleden niet tot minder banen hebben geleid. Maar ze vrezen dat het in de toekomst wel zal gebeuren. In de woorden van Den Uyl: “De vrees uit de jaren vijftig voor massale werkloosheid door de grote computer is overgewaaid. Maar nu moeten wij vrezen dat de hoge werkloosheid door invoering van de kleine computers wordt verergerd.”
Beide heren doen hun uitspraak midden in een economische crisis, waarin veel mensen toch al vrezen zijn voor baanverlies. Om de angst voor robots op waarde te schatten is het nuttig om terug te kijken. Heeft de computer inderdaad veel banen gekost en tot een lagere werkgelegenheid geleid? Nee, het tegenovergestelde gebeurde. Sinds 1980 zijn er in Nederland juist 2,2 miljoen banen bíjgekomen. Een stijging van de werkgelegenheid van maar liefst veertig procent.
De angst van minister Asscher voor robots is wat mij betreft net zo ongegrond als de angst van Joop den Uyl voor de computer. Want terwijl de minister discussies uit 1979 overdoet, bouwen 150 robots scheerapparaten bij Philips in Drachten. De robots houden daar 2.000 mensen aan het werk. En halen zo werk terug uit China. Bij Nedcar in Born rollen weer auto’s van de band. Gemaakt door 1.000 spiksplinternieuwe robots samen met 2000 werknemers. Mensen die werkloos zouden zijn, als de fabriek niet was gemoderniseerd. En dit weekend maakte Nedcar bekend, dat daar nog eens 1.000 banen bijkomen.
D66 kiest daarom voor optimisme, niet voor angst. Omdat nieuwe technologie door innovatie voor meer banen zorgt. De kwaliteit van ons leven beter maakt. Van de toepassing van elektriciteit tot de mogelijkheid van medische implantaten gemaakt door een 3D-printer. De geschiedenis leert ons dat die steeds terugkerende angst, die er ook was toen er weefmachines kwamen, en toen de stoomtrein de trekschuit verving, onterecht is.
Maar het gaat niet vanzelf. We moeten zorgen dat onze arbeidsmarkt voldoende flexibel is, dat we voorop lopen wat betreft innovatie en in het creëren van nieuwe banen. Door te zorgen dat werken meer gaat lonen, en het voor werkgevers aantrekkelijker wordt om nieuwe werknemers aan te nemen. En door te investeren in onderwijs en scholing. Onmisbaar in een wereld waarin oude banen verdwijnen en nieuwe banen verschijnen. Zo houden we de kennis en kunde van werknemers bij de tijd. Een zorgen we dat iemand zich kan omscholen wanneer in hun bedrijf of sector de werkgelegenheid daalt, terwijl in andere sectoren veel vraag is naar nieuwe werknemers.
Ik verwacht van minister Asscher leiderschap en optimisme. Geen angst voor de robot. Laat hij leren van het ongelijk van Joop den Uyl. Die vreesde voor baanverlies door computers, maar de geschiedenis leert ons dat er juist miljoenen banen bij zijn gekomen. Er is geen enkele reden waarom dat met de huidige technologische ontwikkelingen anders zou zijn. Laten de woorden van André Hazes deze minister inspireren tot een optimistische koers: “Geef mij nu je angst, ik geef je er hoop voor terug.”