Biologen hebben in Noord-Vietnam een vis ontdekt waarbij de penis ergens bij de keel hangt. Menige man zal er jaloers op zijn – die Noordvietnamese visjes kunnen hun eigen geneuk van zeer dichtbij bekijken. Maar echt bijzonder is die vangst niet. De natuur is volstrekt amoreel, en biologen zijn in de loop der jaren de gekste penissen tegengekomen op de gekste plaatsen: op het hoofd, op benen en tentakels, rug, reet, ga zo maar door. En de manier waarop deze dan worden gebruikt, is werkelijk te walgelijk voor woorden.
Een penis in de mond kan heel goed. Wat te denken van de zeeslak Sapha anicorum, uit de Rode Zee? Die moet een buitengewoon liefhebber zijn van orale seks, want het mannetje heeft zijn penis gewoon in zijn mond hangen. Veel spinnen doen trouwens ook aan orale seks, maar bij hen zitten de geslachtsdelen niet in de mond. Dus spinnen ze eerst een klein sperma-vangnetje, masturberen daarin, en zuigen dat sperma met een speciaal rietje op. Daarna kan het feest beginnen.
Spinnen en slakken zijn waarschijnlijk de smerigste schepselen op aard. Neem bijvoorbeeld het muitje (een plaag op oesterbanken). Wanneer een mannetje een tijd lang alleen maar kerels tegenkomt, verandert het gewoon in een vrouwtje. Dan valt er ten minste wat te neuken! Of neem de slakken van het geslacht Ariolimax (neukend aan de westkust van de VS). Dat zijn fikse beesten, die ook dan weer vrouw, dan weer man kunnen zijn. Als er maar wat te neuken valt. Als er veel vrouwtjes zijn, worden een stel vrouwtjes snel mannetjes.
Ze ontwikkelen dan een werkelijk enorme penis, waarmee ze de vrouwtje zo’n beetje opblazen. Die penis doet niet alleen de ogen der vrouwen uitpuilen; hij is zó groot en complex dat-ie er na de geslachtsdaad vaak niet meer uit kan. Dan zit er niks anders op dan de lul af te bijten. Man én vrouw zetten gretig hun tanden in het ding. De mannelijke slak is daarna gedoemd om verder alleen nog maar vrouwtje te spelen. Zijn penis, klem in het vrouwtje, wordt door het vrouwtje verteerd.
Mannen zijn om op te eten. Iedereen kent het verhaal van de vrouwtjes-bidsprinkhaan die, zodra ze besprongen wordt en het mannetje bij haar binnendringt, hem de kop afbijt. Stuipend en stervend komt het mannetje klaar. Wreed? Er zijn heel veel diersoorten (vooral spinnen) waarbij de man zijn drift met de dood moet bekopen. In de natuur hebben mannetjes nog een kleine kans te ontkomen; in het lab, met beide partners opgesloten in een plastic bakje, lopen de moordstatistieken als vanzelf hoog op. En de bidsprinkhaan moordt nog redelijk clean.
Neem de galmug. Zodra het vrouwtje zich besprongen weet, behandelt ze het mannetje zoals elke andere prooi. Ze boort met haar snuit dwars door zijn kop, naar zijn ingewanden, en spuit haar partner vol speeksel. In no time veranderen alle ingewanden in een heerlijke, voedzame soep. Nog tijdens de Daad drinkt het vrouwtje het mannetje leeg, daarna gooit ze de lege huls van een man weg. Maar niet helemaal. Ze breekt de geslachtsdelen los, en laat ze in haar lichaam zitten. Voor het naspel, zogezegd.
Dit gelezen hebbende, zullen vrouwelijke lezers zullen er vast begrip voor hebben dat er ook spinnen zijn die over speciaal gereedschap beschikken om de bek van geile wijfje stevig dicht te klemmen, en spinnen die een vrouwtje eerst volledig in stevige draden wikkelen, om ze pas daarna, in SM-stijl, te nemen. Ook slim: de wolfspin Lycosa rabida. Die zorgt ervoor zo snel mogelijk klaar te komen, grijpt hij het vrouwtje dan stevig beet en slingert haar zo ver mogelijk weg. Tegen de tijd dat zij woedend terugkeert in bed, is hij er al vandoor.