Afgelopen zaterdag was het precies honderd jaar geleden dat er in Sarajevo een lont in een kruitvat gestoken werd: de moord op Franz Ferdinand leidde binnen een maand tot een conflict dat later de Eerste Wereldoorlog zou gaan heten, en dat Europa en de rest van de Oude Wereld blijvend zou veranderen. Misschien wel het meest onderschatte, blijvende gevolg van de Eerste Wereldoorlog was de definitieve ontmanteling van het Ottomaanse Rijk, het opdelen van het midden oosten tussen Groot-Brittannië en Frankrijk, en, uiteindelijk, de schijnbaar definitieve opheffing van het kalifaat.
Eigenlijk was het dan ook best ironisch dat juist zondag, op de dag af honderd jaar na ‘Sarajevo’, een nieuwe kalief aan de wereld werd gepresenteerd – Abu Bakr al-Baghdadi. Het kalifaat van ISIS zal – vermoed en hoop ik – een vrij tijdelijk kalifaat zijn, dat geen prettig einde zal kennen, maar dat wel onnoemelijk veel extremistischer is dan het verseculariseerde, decadente kalifaat van de Ottomanen in wat toen nog Constantinopel heette. Het is zo’n moment waarop je je afvraagt of de wereld toch niet net wat beter af was geweest als Atatürk het kalifaat in een soort afgeslankte vorm in stand had gehouden. Een machteloze kalief is misschien wel handiger dan een vacature die iedere doorgeslagen fundamentalist meent te kunnen invullen.
Zo zijn er wel meer dingen, die je je kan afvragen als je even doordenkt over de gevolgen van de Eerste Wereldoorlog in het Nabije Oosten. Laatst hoorde ik iemand verontrust beweren dat Bush en Blair, met hun invasie in 2003, het doodvonnis hadden getekend voor de kaart van het Midden-Oosten zoals die na de Eerste Wereldoorlog geleidelijk vorm kreeg – met lijnen getrokken door de koloniale grootmachten in Londen en Parijs, zonder oog te hebben voor de etnische (en praktische) realiteiten ter plekke. Als je ooit een paar goede voorbeelden zoekt van op tekentafel bedachte staten zonder natie, zoek dan in het Midden Oosten. In Irak en Syrië kunnen ze u er van alles over vertellen. Aleppo en Damascus hadden vóórdat ze in Syrië belandden, zo goed als niets met elkaar te maken gehad. Sinds, grofweg, 2000 voor Christus. Er loopt een directe lijn van de tekentafel van Sykes en Picot uit 1915. en de Syrische burgeroorlog van honderd jaar later – omdat het land nooit zo bedacht had mogen worden. Een van bovenaf opgelegd plan dat ook honderd jaar later nog maar zeer ten dele geaard is bij de lokale bevolking.
En dan Israël. Ja, laten we het óók nog even over Israël hebben! Immers, zonder de val van het Ottomaanse rijk en het Britse protectoraat Palestina waren de kaarten in 1945 niet zo in het voordeel van de Joodse landstichtterroristen geschud geweest. Zonder Eerste Wereldoorlog en het daaropvolgende koloniale geklungel geen Joods-Palestijns conflict. Geen Hamas. Geen Netanyahu – althans niet in deze doorgeradicaliseerde vorm.
Natuurlijk, de geschiedenis neemt zijn loop, en die is onomkeerbaar. Het Ottomaanse Rijk was bovendien allesbehalve een paradijs van vrede, tolerantie en voorspoed. Maar dat is het punt niet. Het punt zit hem bij het geklungel van de Europese grootmachten rondom de Eerste Wereldoorlog. Er is toen rottigheid gezaaid, en die rottigheid wordt de laatste jaren in toenemende hevigheid geoogst (en deels al decennialang). Dat houdt niet op, niet vanzelf.
Natuurlijk is het veel te pretentieus te spreken van ‘historische schuld’. De koloniale geest die deze ongein zaaide, is inmiddels goeddeels vervlogen. Het gaat niet om schuld en straf. Waar het wel om gaat is om oplossingen en vooruitgang, en het zou in dat opzicht historisch gezien wel passend zijn als het westen – en dan wellicht Europa voorop – daar wat prioriteit aan zou geven. Bijvoorbeeld door eens te proberen tot een goed plan te komen – een visie! – over hoe dat Midden Oosten – het hele gebied tussen Turkije, Iran en Saudi-Arabië – er nou uiteindelijk uit zou kunnen (of moeten) komen te zien. Bijvoorbeeld op een manier die lokaal gedragen wordt. Wellicht, voeg ik er voorzichtig aan toe, vraagt dat om andere vormen van politieke organisatie dan de natiestaat die ten grondslag lag aan de kaart die we nu kennen.