Schijt aan iedereen! Fuck de politiek, de banken, de rijken, de armen, de politie, de welzijnswerkers, de babyboomers, de bakfietsmutsen, de tokkietieners, de bontkraagjes, de hongernegers, fuck jou, je moeder en haar kleine kuthondje! Jullie zijn allemaal laffe, hypocriete, luie, criminele, nalatige, lelijke, etterende, stinkende, dikke puisten op het aangezicht van de mensheid. Het grote gelijk bestaat niet, maar als het bestond hadden wij het. Want alles is toch zinloos. Waarom willen die sukkels met hun idealen en initiatieven dat niet begrijpen? Al konden we de wereld redden, zij is het niet waard. Vijftien jaar geleden zouden we een veiligheidsspeld in ons oor hebben gedragen en ‘anarchy’ tekens op de muur hebben gespoten, tenzij we natuurlijk te druk waren met gabberen en drugs gebruiken. Maar tegenwoordig belijden we ons nihilisme vooral online. Totale apathie, met een pantser van cynisme.
Het helpt dat we humor hebben, innovatief zijn in techniek, methodiek en taal. Daarmee hebben we ons onderscheiden van de gevestigde orde, al lijken we weleens te vergeten dat we die rol reeds bijna hebben overgenomen. We hoeven niet langer te trappen tegen de ‘oude media’ want we hebben allang gewonnen. Toch huist in ons een allesverzengende behoefte om tegen te zijn. Te ageren tegen het beleren, wat op hetzelfde neerkomt alleen dan in kleurrijk taalgebruik. Gelukkig voorziet de wereld ons van een eindeloze stroom aan munitie. Stokken om de schuldigen te slaan tot wie wij nooit zullen behoren. Want als je jezelf buiten het spel plaatst, kun je ook niet verliezen.
Cool kids
We are the cool kids, we don’t care. Maar wanneer we dat per ongeluk toch eens doen, omdat een gebeurtenis, persoon of gebaar zo belachelijk mooi en oprecht is dat zelfs wij onze plas inhouden, dan maskeren we onze bewondering met een serie harde grappen. Je uitspreken voor iets, je verbinden aan, maakt namelijk kwetsbaar. En dat mag nooit gebeuren. We hebben onze plek verworven door eerlijk en gevat te zijn over onze frustraties en daarmee raken we iedereen die ooit een kutdag heeft gehad en niet bang is om het toe te geven. Maar hoe fucking cool zou het zijn om al dat retorisch talent en kritisch vermogen eens ingezet te zien worden om iets op te bouwen, in plaats van om iets kapot te schrijven. Om zelf het ‘leunstoelactivisme’ te ontstijgen. Al was het maar voor een keer.
Joyce Brekelmans is gek op internet-etters en weet dat bovenstaande schoen lang niet iedereen past. Desalniettemin heeft ze soms de behoefte om het cynisme waar ze zelf net zo schuldig aan is te onderbreken met iets constructievers. Iets met goede ideeën en een plan. En alstublieft ook harde grappen.