Veilige telefoons voor Kamerleden, stelen van geheime AIVD-informatie op Curaçao of werven van studenten door de AIVD, vaak heb ik over deze zaken Kamervragen gesteld, maar nooit heb ik een fatsoenlijk antwoord gekregen. Deze onderwerpen zijn vervolgens wél besproken in de commissie-Stiekem, waar de fractievoorzitters in het geheim worden geïnformeerd. Dat blijkt uit de verslagen van deze commissie over 2011, 2012 en 2013. Informatie die hier wordt gedeeld mag echter niet meer naar buiten.
Juist die geheimhouding is in de commissie-Stiekem soms aanleiding voor politieke spelletjes, zoals vorig jaar bleek toen Diederik Samsom strategisch uit de commissie lekte Onlangs stelden de gezamenlijke fractievoorzitters van de oppositie openlijk vragen aan premier Rutte, omdat zij de geruststellende woorden van de minister-president, dat de AIVD geen extra geld nodig zou hebben, niet geloofden. Een wantrouwen dat heel snel werd bevestigd, omdat het kabinet kort daarop grote investeringen aankondigde in de geheime dienst.
Bij de aanvang van dit kabinet in november 2012 werd een bezuiniging aangekondigd op de AIVD van bijna 40 procent. Ik vond dat toen onaanvaardbaar, ook omdat minister Plasterk geen inzicht wilde geven in de gevolgen van deze bezuinigingen. Deze minister was alleen bereid om hierover in de commissie-Stiekem te spreken. Daarom besloot ik in september 2013 een hoorzitting te organiseren in de Tweede Kamer, met de hoofden van de AIVD en de MIVD, de Nationale politie en de Nationaal coördinator terreurbestrijding (NCTV).
Daarop volgde een ware politieke soap, waarvan ik destijds verslag heb gedaan op ThePostOnline. Minister Plasterk verbood de medewerkers van de AIVD en de MIVD, de Nationale Politie en de NCTV naar de Tweede Kamer te komen. De komst van onafhankelijke deskundigen kon deze minister echter niet verhinderen. Die spraken in de Tweede Kamer vervolgens heldere woorden: ‘onbezonnen’ beleid (Ko Colijn), ‘een amputatie’ (Ben Bot) en ‘natuurlijk schaadt dit onze nationale veiligheid’ (Rob de Wijk).
Na kritiek van vooral SP en D66 werden de bezuinigingen op de AIVD in juni 2014 grotendeels ongedaan gemaakt. Eind februari dit jaar werden plotseling forse investeringen aangekondigd. Een groot gebaar van de premier, kort voor de verkiezingen. Maar ook een teken van jojobeleid: binnen één kabinetsperiode wordt een bezuiniging van bijna 40 procent omgedraaid in een investering van bijna 40 procent van het totale AIVD-budget. Alleen al door de aangekondigde bezuinigingen is veel kennis en kunde verdwenen, die nu opnieuw moet worden opgebouwd.
In 2020 zal het budget voor de AIVD oplopen tot ruim 250 miljoen. Maar zolang de discussie alleen gaat over cijfers word ik nog steeds niet veel wijzer. Bij bezuinigingen moet ik als Kamerlid weten waar het allemaal minder wordt, bij investeringen moet ik weten wat met het extra geld wordt gedaan. De brutale suggestie van een VVD-collega om dit nieuwe beleid te bespreken in de commissie-Stiekem kon dit keer niet rekenen op een Kamermeerderheid: de Tweede Kamer zal op donderdag 26 maart opnieuw een openbare hoorzitting organiseren.
Deze keer zullen de medewerkers van de AIVD en de MIVD, de Nationale politie en de NCTV denk ik wel naar de Tweede Kamer mogen komen – het gaat nu niet meer om slecht nieuws (bezuinigingen), maar om goed nieuws (investeringen). Ik verwacht ook dat de nieuwe minister van Veiligheid en Justitie daarna in de openbaarheid van de Tweede Kamer het nieuwe veiligheidsbeleid zal verdedigen. En ik zal niet accepteren als deze minister tijdens dit debat opnieuw zal verwijzen naar de commissie-Stiekem.
Als ik door de jaarverslagen van de commissie-Stiekem blader zie ik dat veel te veel zaken daar worden besproken. Deze commissie is alleen bedoeld voor actuele operationele informatie, bijvoorbeeld als een aanslag dreigt en we terroristen niet in de kaart willen spelen. Aan de begroting van de AIVD is echter helemaal niets geheim, de discussie over bezuinigingen en investeringen, taken en prioriteiten van de geheime dienst moet altijd in de volle openbaarheid van de Tweede Kamer worden gevoerd. Ook de beantwoording van mijn Kamervragen hoeft wat mij betreft niet meer plaats te vinden in de commissie-Stiekem.