Op het Binnenhof was het de afgelopen dagen weer eens reces, maar daar liet Ronald Plasterk zich niet door weerhouden. Onze dynamische minister van Binnenlandse Zaken kwam midden in de vakantieweek met een opmerkelijk initiatief, waarmee hij in deze nieuwsluwe periode – geheel onopzettelijk uiteraard – ruimschoots de media haalde. Plasterk gaat de grondwet in het Arabisch laten vertalen. Zodat al die Syrische en andere vluchtelingen uit het Midden-Oosten in hun eigen taal kunnen lezen dat we hier allerlei basisregels hebben waaraan iedereen zich dient te houden. Bijvoorbeeld dat je niemand mag discrimineren vanwege zijn politieke overtuiging, geslacht of ras, of om welke andere reden dan ook. Of dat in Nederland vrijheid van meningsuiting en van drukpers bestaat en je in principe kunt zeggen en schrijven wat je wilt.
Wij, geboren en getogen Nederlanders, weten dat natuurlijk allemaal al sinds jaar en dag, want wij kennen de grondwet op ons duimpje. Ja toch? Niet dan?
Om eerlijk te zijn: nee dus. De meesten van ons hebben misschien wel eens een paar zinnetjes van de tekst onder ogen gehad omdat die in een krant werden geciteerd, maar vrijwel geen mens heeft die hele lap van ruim 140 artikelen ooit helemaal doorgelezen. En dat is niet zo vreemd. Want het document is geschreven in een taal die nauwelijks lijkt op het soort Nederlands dat je dagelijks om je heen hoort bij de bakker, in de tram of op een verjaardagsfeestje. De formuleringen in de grondwet doen meer denken aan notariële akten, processen-verbaal of de kleine lettertjes onder een verzekeringscontract.
Een voorbeeldje. Hoofdstuk 1, artikel 4: “Iedere Nederlander heeft gelijkelijk recht de leden van algemeen vertegenwoordigende organen te verkiezen alsmede tot lid van deze organen te worden verkozen, behoudens bij de wet gestelde beperkingen en uitzonderingen.” Nog een voorbeeldje. Uit artikel 7 van hoofdstuk 1 (over de vrijheid van meningsuiting): “Voor het openbaren van gedachten of gevoelens door andere dan in de voorgaande leden genoemde middelen heeft niemand voorafgaand verlof nodig wegens de inhoud daarvan, behoudens ieders verantwoordelijkheid volgens de wet.” En in artikel 23 van hoofdstuk 1 staat: “In elke gemeente wordt van overheidswege voldoend openbaar algemeen vormend lager onderwijs gegeven in een genoegzaam aantal openbare scholen.”
Zo gaat het maar door, tientallen pagina’s lang. “Gelijkelijk.” “Alsmede.” “Behoudens.” “Bij de wet gestelde beperkingen.” “Het openbaren van gedachten of gevoelens.” “Andere dan in de voorgaande leden genoemde middelen.” “Voorafgaand verlof wegens de inhoud”. “Van overheidswege voldoend.” “Genoegzaam aantal.” Enzovoort, enzoverder.
Hoe zoiets in het Arabisch klinkt zou ik niet weten, maar waarschijnlijk net zo negentiende-eeuws en ondoorgrondelijk als in de citaten hierboven. Grote kans dan ook dat een Syrische vluchteling na het doorworstelen van deze juridische boeventaal denkt: “In een land waar ze zo raar praten heb ik niets te zoeken. Wegwezen hier!”
Misschien is dat wel de geheime bedoeling van Plasterk. Met politici weet je het maar nooit. Maar mocht de minister het echt belangrijk vinden dat alle Nederlanders de grondwet lezen, dan kan hij dat ding beter eerst in normaal Nederlands laten vertalen. Dan komt het Arabisch later wel een keer.
Mogelijk kan een genoegzaam aantal leden van de algemeen vertegenwoordigende organen hun gedachten en gevoelens omtrent dit onderwerp eens tegenover de bewindsman openbaren.