Jannah Loontjens’ roep om multicultureel ‘optimisme’ is naïef en gevaarlijk

05-04-2016 11:58

Ach ja, de nineties. Economisch groeiden de bomen tot in de hemel, alles kon en mocht, het was altoos mooi weer, Paars kabbelde voort en ieder sociaal ongenoegen was veilig gesmoord onder de dikke deken van de allesverlammende politieke correctheid die in die dagen de norm was. Die gouden jaren eindigden op 11 september 2001.

Filosofe en schrijfster Jannah Loontjens verwart in een betoog in de Volkskrant het montere hedonisme van dat decennium met optimisme. We hadden het goed, alles zat mee, de islam had zijn lelijke gezicht nog niet ontsluierd, niet in onze contreien althans. In zulke omstandigheden blijmoedig geloven in de zegeningen van de multicultuur was makkelijk. Het was logisch. Het was naïef. Maar niet optimistisch, optimistisch is het als men een situatie ziet voor wat zij is en er, beargumenteerd, een positieve uitkomst van verwacht.

Wij hadden destijds geen idéé.

Wie niet weet wat een grizzlybeer is, zal verrukt zijn als hij een grizzlypup ontwaart in het bos en hem kirrend tussen de wollige oortjes kriebelen. Als daarna moederbeer uit de bosschages opduikt, een oog uit je hoofd slaat met haar klauwen en een deel van je been oppeuzelt, weet je voortaan wel beter. Je was niet optimistisch over de vriendelijke pluisbaal, maar naïef, en terugkijkend op het voorval zal geen zinnig mens nog beweren dat we een volgende grizzlybeer op ons pad gewoon net zo moeten benaderen als die ene, eerste puppy die we toen zagen.

Het is wel de benadering die Loontjens voorstaat, na anderhalf decennium culturele desintegratie, die inzette na jaren van mislukte integratie en de weigering die mislukking te erkennen.

 

“Optimisme kun je altijd naïef noemen – en vanzelfsprekend moet de AIVD zijn werk blijven doen en extremisme bestreden worden – maar misschien hebben we deze koppige naïviteit ook nodig. Wie naïef is, is open en durft te vertrouwen. Wie naïef is, durft te zeggen: kijk, hoeveel er in onze wereld eigenlijk wél goed gaat.”

 

Deze filosoof kent dus het verschil tussen optimisme en naïviteit niet. En dat niet alleen, zij prijst het weerloze, naïeve en onwetende positivisme van de jaren negentig aan als de manier om de problemen van deze tijd het hoofd te bieden. Nou ben ik geen filosoof dus ik zal mijn betoog geen extra gewicht geven met het citeren van obscure denkers met exotische namen, zoals in dergelijke meisjes-essays de rigueur is. (Bleri Lleshi, die Loontjens aanhaalt, houdt zich bezig met sociale ongelijkheid, liefde, neoliberalisme, jongeren, interculturaliteit, identiteit en Brussel. U weet genoeg.)

Ik gooi er derhalve een wijsheid van een hedendaagse pragmatist in.

If you want a different result, you have to choose a different behavior. – Dr. Phil

Fijn dat Loontjens in een oogkleppenparadijs woont in de Amsterdamse wijk Bos en Lommer, een multiculturele verschrikking waar je je ‘optimisme’ moet belijden gelijk een moslimterrorist zijn geloof wil je er de schoonheid van inzien. En dat zij daar met weemoed mijmert over de Gouden Jaren Negentig. Maar we hebben de beer al een keer optimistisch, nee, naïef benaderd. Met verschrikkelijke resultaten. Tijd voor different behavior. En het zou fijn zijn als de mensen die niet nog meer lichaamsdelen willen opofferen aan de grizzlybeer, niet gehinderd werden door lieden die hun ‘optimisme’ pas verliezen als de hoektanden zich in hún weke vlees boren.