Column

Jeuk

19-02-2014 13:01

Een bezoekje aan de kapper. Een tweemaandelijks terugkerend ritueel. Ik ga meestal naar een kapperszaak waar een afspraak maken niet mogelijk is. Lang wachten hoort er daar nou eenmaal bij. Je betaalt dan gelukkig ook niet zo veel. Ik sla rustig mijn tijdschriftje open, lees dat de ene filmster – je verwacht het niet – vreemd is gegaan met de andere, als ik verrassend snel aan de beurt ben.

De kapster die mij komt halen, stelt zich voor als Donna. Ze maakt een witte band van een soort papier, plasticachtig materiaal strak om mijn nek vast. Dit zal wel de nieuwe manier zijn om haren in je nek te voorkomen. Wordt tijd ook dat ze daar iets op bedenken. Na drie dagen veeg ik meestal nog losse haartjes uit mijn nek. Om over de jeuk maar te zwijgen.

Plantenspuit

Ze pakt de plantenspuit. (Of zou het bij een kapper gewoon een waterspuit heten?) Met een ietwat hoge, schreeuwerige stem licht Donna toe dat ze hiermee mijn haren nat gaat maken. Als ze vervolgens de schaar in mijn haar zet, meldt ze er voor de zekerheid bij dat ze daarmee mijn haar gaat knippen.

We raken in gesprek, zoals dat altijd gebeurt bij de kapper. Ik vertel dat ik in het derde jaar van mijn studie zit. Zij concludeert dat ik dus nog een scriptie moet schrijven. Dat klopt inderdaad. Donna heeft zelf nooit een scriptie hoeven maken. Ze weet ook eigenlijk helemaal niet wat het is. Maar ze hoort er wel vaker klanten over. Zij is zelf na de mavo meteen naar de kapperschool gegaan. Dit is helemaal haar ding.

Net DELA

Ze heeft zó veel plezier in haar werk. Alleen dan kan je het volhouden. Ze praat ook altijd het meeste van alle kappers. Het lijkt hier soms net DELA, zegt ze om mij een beeld te geven.

Ik weet niet hoe de sfeer bij DELA is, maar ik denk dat ze een begrafenis bedoelt.

Met plezier in je werk krijg je ook de beste resultaten, voegt ze er aan toe. Ik kan me niet aan de indruk ontrekken dat de kapper die haar geknipt heeft, liever een ander vak had gehad. Zwart halflang haar, met daartussen wat vage bruine en rode plukken. Een resultaat waar toch geen enkele kapper vrolijk van wordt.

Donna is klaar. Met de spiegel in haar hand laat ze het resultaat zien. Ik ben tevreden. Als ze de witte band in mijn nek verwijdert, blijkt dat die zijn werk niet goed heeft gedaan. Drie dagen jeuk heb ik voor de boeg. Is er nou niemand in de kappersindustrie met zó veel plezier in zijn werk, dat hij erin slaagt om iets te bedenken dat wel gewoon werkt? Of moet er eerst een scriptie over worden geschreven? Wat dat dan ook zijn mag.

Joeri Buitink is student en schrijft daarnaast vooral geen ingewikkelde opinie of oplossingen voor grote maatschappelijke vraagstukken, maar amuseert de mens graag met zijn teksten.