Twintig april is de laatste jaren uitgegroeid tot internationale cannabisdag. Dat vandaag in landen over de hele wereld aandacht wordt gevraagd voor de consumptie van cannabis is een mooie aanleiding om ook het Nederlandse cannabisbeleid tegen het licht te houden. Het huidige softdrugsbeleid is een uitwerking van besluiteloosheid: we verbieden het niet, we legaliseren het niet, maar we gedogen het. Toch lijken opeenvolgende kabinetten zich ongemakkelijk te voelen bij het gedogen van softdrugs. Wat de JOVD en de JD betreft is dit ongemakkelijke gevoel terecht. Wat ons betreft is het hoog tijd om de knoop door te hakken, om softdrugs volledig te legaliseren.
Dat opeenvolgende kabinetten niet goed weten wat ze met softdrugs aanmoeten blijkt uit de verwoede pogingen om drugstoeristen uit coffeeshops te weren. Het vorige kabinet kwam met de wietpas en het huidige kabinet schafte deze weer af maar stelde met het GBA-uittreksel feitelijk hetzelfde voor. Ook deze laatste poging is niet succesvol. Het kabinetsbeleid omtrent drugstoerisme is warrig en ondoorzichtig. Het pijnlijke feit blijft daarnaast dat het weren van drugstoeristen uit coffeeshops overlast veroorzaakt op straat. Cijfers van Meld Misdaad Anoniem maakten dit in augustus pijnlijk duidelijk. Het verhogen van de drempel tot de coffeeshop voor toeristen om overlast te verminderen werkt dus averechts: de overlast neemt niet af maar toe.
De drempel van de voordeur is dus niet het probleem. Het daadwerkelijke probleem van ons gedoogbeleid zit bij de achterdeur. Het gedoogbeleid houdt in dat verkoop via de voordeur gedoogd wordt, maar de aanvoer via de achterdeur nog steeds grotendeels illegaal is. Coffeeshops verkopen een product dat ze, volgens de letter van de wet, uit een hoge hoed moeten toveren. Dit houdt een vreemde situatie in stand waarbij de verkoop van softdrugs gereguleerd is en de inkoop ervan gecriminaliseerd. De coffeeshopondernemer wordt hierdoor in een onhoudbare positie gebracht. Geen enkele andere ondernemer wordt zo belemmerd in zijn werk. De discussie over het al dan niet legaliseren van softdrugs moet daarom gevoerd worden omtrent de vraag of een coffeeshophouder een ondernemer is als alle andere. Als dat wel zo is zou de coffeeshophouder uit zijn onhoudbare positie gebracht moeten worden, door de legalisering en regulering van de achterdeur. Als men de coffeeshop echter beschouwt als een groot gevaar, zou het volledig verbieden van de coffeeshop en softdrugs de beste optie zijn.
Als we naar de feiten kijken dan is die keuze snel gemaakt. In Nederland wordt niet meer softdrugs gebruikt dan in landen waar softdrugs niet gedoogd wordt. Volgens cijfers van het Ministerie van Volksgezondheid is het softdrugsgebruik in Nederland gemiddeld. Als we het percentage Nederlanders dat ooit cannabis gebruikt heeft vergelijken met het percentage Amerikanen, dan scoort Nederland nog beter: in de VS heeft ruim een derde van de twelfth-graders – jongeren van ongeveer achttien jaar – het laatste jaar cannabis gebruikt.
In Nederland heeft slechts een kwart van de bevolking tussen de 15 en 64 überhaupt ooit cannabis gebruikt. Ook de stelling dat gedogen van softdrugs het misbruik van harddrugs stimuleert, lijkt uit de lucht gegrepen. Het aantal ‘probleemgebruikers’ is in Nederland minder dan de helft van het Europese gemiddelde. Het aantal sterfgevallen ten gevolge van drugsgebruik ligt in Nederland ook ver onder het gemiddelde, volgens cijfers van het European Monitoring Centre for Drugs and Drug Addiction. Het gereguleerd gebruik van softdrugs heeft slechts positieve effecten heeft op de maatschappij. Hoe kunnen we dan verantwoorden dat coffeeshophouders zo in de weg gezeten worden?
Overlast door het gebruik van softdrugs moet vanzelfsprekend hard worden bestreden en het kopen en verkopen van softdrugs buiten het reguliere verkoopkanaal tegengegaan. Legalisering en daarmee regulering is juist de oplossing waarmee uitwassen van illegale drugsverkoop bestreden kunnen worden, zoals de verkoop aan minderjarigen, de verpaupering van wijken en de toevoeging van ongevraagde stoffen aan drugs. De onwil van PvdA en VVD om de stap tot legalisering eindelijk te zetten, ontkent die realiteit. Om die reden roepen wij het kabinet op internationale cannabisdag op om tot bezinning te komen. Erken de realiteit en legaliseer softdrugs.
Jarico Vos en Wieke Timmermans zijn respectievelijk voorzitter van de JOVD en de Jonge Democraten