Mijn grootste angst, zei Edward Snowden eens, is dat al mijn onthullingen niks zullen uithalen. Dat de NSA en andere inlichtingendiensten straks gewoon door kunnen gaan met alles en iedereen afluisteren, of zelfs nog dieper binnen mogen dringen in ons privéleven. Die angst wordt langzaam maar zeker realiteit. Een federale rechter heeft deze week bepaald dat in de strijd tegen het terrorisme het aftappen en opslaan van de telefoongegevens van miljoenen gewone Amerikanen ‘redelijk’ is. Er zullen meer gerechtelijke uitspraken volgen, maar als deze de toon zet (en dat is zeer waarschijnlijk), dan is de juridische strijd tegen Big Brother hiermee verloren.
Resteert de politieke strijd. En ook die weg loopt dood. Congres en de Senaat geloven heilig in de ‘oorlog tegen terrorisme’ en Obama heeft zich weliswaar gedistantieerd van dat begrip, maar van deze passieve president valt verder niets te verwachten. De hele Snowden-affaire komt er straks op neer dat de inlichtingendiensten volkomen bewust en openbaar, van hogerhand, groen licht zullen krijgen krijgen voor ongrondwettelijke activiteiten. Vanwege de strijd tegen het terrorisme.
In de klassieke militaire theorie kan terrorisme twee doelstellingen hebben. De eerste is een tegenstander verzwakken en de wil tot vechten ontnemen, door hem steeds opnieuw te treffen waar hij het meest kwetsbaar is. Door volkomen onverwacht toe te slaan, en dan weg te wezen (desnoods richting Paradijs) voordat de vijand terug kan slaan. De tweede doelstelling is vooral bekend van de Rote Armee Faktion en de Rode Brigades. Hun doel was om door middel van terrorisme de staat onder hoogspanning te zetten, zodat deze haar verborgen totalitaire karakter toont. En zodra het volk dat in de gaten krijgt, zal (dankzij het terrorisme) de Revolutie uitbreken. Dat het woord terrorisme in staat is om totalitaire impulsen op te roepen, dat weten we inmiddels wel. Zie ook de hierboven genoemde gerechtelijke uitspraak. Maar wat de linkse activisten over het hoofd zagen, is dat delen van het staatsapparaat juist profiteren van hoogspanning, en om die reden een zekere angst voor terrorisme juist nodig hebben.
Karakteristiek is de NSA-directeur die op Capitol Hill komt vertellen dat zijn organisatie al tientallen terroristische aanslagen heeft voorkomen. Hij geeft geen bewijzen. Daar werd niet om gevraagd. Die zal de NSA ook nooit geven. Het is de slager die zijn eigen vlees goedkeurt. Wat de NSA betreft, kan het terrorisme niet lang genoeg duren. Of beter gezegd: de angst voor het terrorisme. De burger moet bang gehouden worden. Vandaar die oncontroleerbare, en daarmee in wezen belachelijke uitspraak over aanslagen die voorkomen zouden zijn. Maar niemand durft te lachen.
In Europa zijn het vooral de ministeries van defensie die wel varen bij die angst, en haar op niveau houden. Na zo’n twaalf jaren van volstrekte richtingloosheid, en dus botte bezuinigingen, dook er in 2001 ineens weer zoiets als een vijand op: Al Qaida. Plots was daar licht aan het eind van de tunnel. Vooral het Amerikaanse leger ging zich volstrekt te buiten in de ‘oorlog tegen terrorisme’, met als gevolg dat Al Qaida al jaren zo goed als dood is. De leden van Osama’s netwerk zijn door de Amerikanen omgelegd óf ze zwerven rond als opgejaagd wild. Hun actieve rol is uitgespeeld. Alleen de naam leeft voort. Het terrorisme anno 2013 bestaat uit een enorm aantal lokale groepjes en legertjes zonder gemeenschappelijk doel. Ze onderhouden onderling contact, op redelijk primitieve wijze (zodat dat de NSA niet kan meeluisteren), wisselen strijders uit, en zorgen er zo voor dat ze via-via de hand kunnen legen op de immense wapenvoorraden in landen als Irak, Libië en Somalië. Het gaat ze niet om de VS, niet om Europa, niet om het Westen, ze zijn niet eens geïnteresseerd in het christendom – het is louter stammenstrijd (met een gek geloof hier en daar als excuus).
Het gaat om oeroude, vaak etnische conflicten die dankzij een overvloed aan wapens plots gruwelijk uit de hand kunnen lopen. Van Afghanistan tot de CAR tot aan West Sahara. En elke club met een paar kisten kalshnikov’s roept trots dat ze onderdeel uitmaken van Al Qiada. Wetende dat de naam van het oude lijk nog steeds alom indruk maakt. En onze generaals trappen daar uiteraard niet in. Maar ze ontkennen het ook niet. Ze weten beter. Ze misbruiken dezelfde loze propagandakreet om ons onder milde hoogspanning te zetten. Ze maken de politiek én de burger wijs dat het Westen ‘dus’ opnieuw in gevaar verkeert.
Ooit spraken we er schande van dat de VS Irak binnenvielen bij wijze van preventieve oorlog ‘tegen het terrorisme’. Dat was een volkenrechtelijke schande, riep iedereen. Inmiddels vinden we het doodnormaal dat Frankrijk Mali binnengaat omdat daar (dat is de officiële omschrijving) een ‘potentiële terroristische brandhaard’ zou zitten. Dat wil zeggen, er is daar in dat stuk woestijn een staatsgreep gepleegd door een bende Toearegs, gesteund door, hoe kan het anders, een stelletje schietgrage en zwaar bewapende stamverwanten uit Libië. Dat was voor Frankrijk voldoende reden om in te grijpen. Europa is inmiddels in negen Afrikaanse landen militair aanwezig, als adviseur, waakhond, of gewoon als bezettende macht. En inmiddels doet zich een klassiek koloniaal probleem voor: je kunt een gebied niet beheersen zonder ook over de grenzen heen te regeren. Dus moet er ook opgetreden worden in de Centraal Afrikaanse Republiek. En als straks ergens anders de pleuris uitbreekt (potentiële conflicten genoeg), dan kunnen we niet anders dan wéér optreden. Zwak Afrika wordt langzaam maar zeker gerekoloniseerd. Onder het mom van terrorismebestrijding.
De ware reden voor al deze activiteit is de naderende vorming van een Europese strijdmacht. Die zal zich voornamelijk gaan bezighouden met de bewaking van de Europese zuidgrenzen, en dus met ‘preventief’ optreden in Noord-Afrika. Zoals het er nu naar uitziet, zal de islamitische wereld de komende eeuw een bloedige chaos blijven. Het grootste gevaar voor Europa is niet dat al die lokale strijders plots hun stam in de steek laten en een wereldideologie ontwikkelen; het grootste gevaar is dat Europa een massale vluchtelingenstroom te verwerken krijgt. Die vluchtelingen moeten daar blijven, maar dan Europa óók daar zijn. Noord-Afrika is vanouds een Frans invloedssfeer, en de Fransen willen in die Europese strijdmacht dus de hoofdrol spelen. Daarom zijn ze zo gretig. Ze werken hard aan hun ervaring en expertise ter plaatse. De andere Europese staten spelen hier tweede viool. Dat doen ze graag, want ook zij moeten straks in EU-verband aan de bak. Kijk maar naar ons diepe verlangen ook in Mali te mogen zijn.
En de burger moet maar geloven dat al dat militair gerommel in volstrekt uitzichtloze tribale conflicten in feite de strijd is tegen ‘terroristische brandhaarden’, de voorposten van een internationale terroristische beweging. En we geloven het ook nog. Zelfs serieuze media nemen propagandakreten over ‘banden met Al Qaida’ en ‘brandhaarden’ braafjes over. En de militairen, zullen dat niet ontkennen. Die zien eindelijk een nieuwe taak. Een taak zonder einde. Dankzij duurzaam hergebruik van de term terrorisme.