Het is een detail maar één dat opvalt als je al wat langer met een zaak bezighoudt. Donderdag gaf advocaat Germ Kemper een interview aan de Volkskrant bij zijn afscheid als deken van de Amsterdamse Orde van Advocaten. De man die aan de basis stond van de val van Bram Moszkowicz kreeg eerder dit jaar zélf een tik op de vingers van het Hof van Discipline nadat hij een interview had gegeven aan roddelblad Story waarin ook het dossier Edwin de Roy van Zuydewijn ter sprake kwam. Hij werd berispt. Toch geeft Kemper in de krant een opmerkelijke weergave van de feiten.
Kemper zegt donderdag tegen de krant dat hij in eerste instantie niet wist dat het om een interview ging, vervolgens de tekst kreeg en daarna wat ‘meer herrie’ richting Story had moeten maken.
“Deken zegt dit en dat, en dat klopte niet.”
In het roddelblad liet de advocaat zich eind 2010 uit over een rechtszaak tussen De Roy van Zuydewijn en prinses Margarita. Daarin werd niet vermeld dat hij tevens advocaat is van de getroebleerde prinses. De Roy van Zuydewijn nam dat niet en diende een klacht in tegen de advocaat, het tuchtcollege van de Orde van Advocaten zag wel brood in de kwestie.
Ook beweerde Kemper in het roddelblad dat de opmerking van prinses Margarita over collectieve belastingaangifte van de Oranje’s op een misverstand berustte. Staatssecretaris van Financiën Frans Weekers (VVD) dacht daar anders over. De prinses had gelogen: “Families kunnen niet gezamenlijk een collectieve aangifte doen, de aangifteplicht is persoonlijk,” zei hij naar aanleiding van Kamervragen over een artikel in HP/De Tijd.
Kemper gaf toen de schuld aan Story: “In het artikel staat dat ik over de daarin beschreven kwestie wel met mijn cliënte heb besproken. Voor de goede verstaander valt daaruit af te leiden dat ik daar dus als advocaat en niet als deken iets over zeg. Wat mij betreft had dat wel duidelijker mogen worden en bij voorkeur zou ik niet in hetzelfde artikel als deken aan het woord zijn gekomen om iets over een ander, algemeen onderwerp, de opleiding van de advocaat, te zeggen. Dat laatste is een keuze geweest van de auteur, Karel Hille, waar ik geen andere invloed op kan uitoefenen dan hem dat voor publicatie te laten weten, wat ik heb gedaan. Hille wist overigens dat ik raadsman van de betrokkene ben”, liet hij deze verslaggever weten.
Story ontkende echter destijds dit te weten. “Volgens de informatie van Story staat de heer Kemper Margarita op dit moment niet in (of buiten) rechte bij.”, schreef een jurist van het blad in een e-mail. U ziet: een merkwaardig schimmenspel dat Kemper voortzet in de Volkskrant. Terwijl het Hof van Discipline in april dit jaar toch erg duidelijk was:
Het Hof oordeelde dit jaar echter dat Kemper bij het interview ‘niet de zorgvuldigheid heeft betracht’ die van hem als deken ‘in het publieke optreden’ mag worden verwacht. Ook vindt het Hof het ‘niet passend’ dat Kemper zich als deken uitliet over een zaak waarbij zijn cliënt Margarita betrokken was. Zover heeft het Hof de klacht gegrond bevonden.
Wat vindt Edwin de Roy van Zuydewijn er zelf van, is Kemper zijn straatje met hulp van de Volkskrant aan het schoonvegen? Zaterdagmiddag zegt hij telefonisch: “Dat zijn uw woorden. Maar dat Kemper de Volkskrant voor de gek houdt is evident. Dat onderstreept zijn misplaatste dedain, iets wat hij binnen en buiten zijn praktijk vaker gedemonstreerd heeft. Het is te hopen dat Amsterdam nu een zuivere deken weet te vinden. De juristerij gaat over mensenlevens en niet de ijdelheid van advocaten.”
Kemper zegt in de Volkskrant dat de berisping hem ‘pijn’ heeft gedaan. Om te besluiten met een ‘gatverdarrie’.
Inderdaad, gatverdarrie.