Nederlandse ochtend-tv. Die overgangsrite van de ene slaaptoestand in de andere, waarin de wereld als vanzelf weer zijn geruststellende vormen aanneemt: beelden van file’s, geanimeerde wolkjes met een zonnetje erachter, mooi gekapte presentatrices, koppen thee, luchtigheid. Deze ochtend wordt tussen het weerbericht en nieuws over Mosul opgeroepen om dekens op te sturen naar Stichting Aap, want de apen -in onze dierentuinen- houden niet van de kou, zegt het praatmeisje. Er komen beelden. Ik zit met een gefronst voorhoofd te kijken naar drie of vier chimpansees in een kooi, sommigen hebben een handdoek over hun hoofd. Ze kauwen op iets. Ik denk aan hoe ze altijd zo’n schijt lijken te hebben aan alles.
Ik zie in gedachten tante Gerda al naar zolder lopen voor wat oude dekens, of kinderen die naar hun moeders in de keuken rennen: “mama ik wil mijn deken opsturen naar de apen!”
Behalve dat apen schijt hebben aan alles, zijn ze erg georiënteerd op de groep. De Franse cultureel antropoloog René Girard (1923-2015), die het zogeheten zondebokmechanisme ontdekte door middel van een levenslange studie naar literatuur en menselijk gedrag, zag hoe groepsdruk, nabootsing en jaloezie tot enorme uitbarstingen van geweld konden leiden. Ook bij apen. Onschuldigen, met een talent voor dwarsliggerij of ander afwijkend gedrag, werden gelyncht of verstoten, waarna de groep weer zeker van zijn zaak was. En het weer een tijdje uithield in de boom. Hoe graag ik het ook anders zou zien, zitten de meeste mensen ook hoog in die boom, en ze zitten tegenwoordig ook op een dekentje te wachten. Een beetje troost, een beetje hoop, ‘liefde geven is liefde krijgen’, dat werk. Meer hebben wij blijkbaar niet nodig: de zekerheid van de groep en wat slachtoffers van tijd tot tijd. Als de leefomstandigheden in die groep met de dag verslechteren, en individualiteit verdwijnt, is dat niet belangrijk. Loyaliteit boven alles.
Leon de Winter schreef deze week hoe de politiek correcte censuur een vorm van tirannie is geworden. Dat de vrijheid van meningsuiting in het Westen in feite illusoir is. Verstandige mensen kunnen niet meer in debat met elkaar omdat de één een agressief progressieve houding aanneemt en de ander te bang is geworden om uit de boom gejaagd te worden: slachtoffer van karaktermoord te worden, of erger, van een terreurgroep. Het is apengedrag, of had ik dat al gezegd?
De groep als bestaansgrond voor het individu is overheersend geworden. Het individu, zelfs het geëmancipeerde LGBT individu, de zwarte man/vrouw, de binnenste buiten gekeerde extreem-rechtse halfbloed transgender, functioneert alleen nog in de groep als hij in al zijn individualiteit wel inclusief tot zijn met -verbaal-geweld afgedwongen specifieke groep behoort. En, voor rechts is natuurlijk alleen nog de laagste tak in de boom vrij.
Als ik posts lees op Facebook van Amerikaanse studenten die zich ‘intersectional feminists‘ noemen dan lees ik dingen als: ‘ik weet nog niet precies wat ik ben, de ene dag ben ik een klassieke feminist, maar dan weer intersectional, maar ik hoop uit te groeien tot een volwaardig social justice warrior, een politieke activist’. Verder hebben die mensen geen eigen ideeën van zichzelf en een manier om die te ontwikkelen krijgen ze ook niet meer aangereikt. Want docenten en professoren lopen allemaal op eieren.
De dominante groep is heel slim, de mensen erin meestal niet. Daarom gebruiken ze allemaal tactieken -en daarin verschillen mensen van de apen- om het gebrek aan individuele kwaliteiten en zin om te vechten te verbergen. Je kan het overigens wel echt zien aan het feit dat elke vorm van gelijkwaardigheid tussen de groep en de outsider wordt vernietigd. En dat, wat je als outsider ook doet en probeert, je de groep niet met argumenten kunt overtuigen, dat het ook nooit genoeg zal zijn, dat alles verdraaid, vervormd en ontkend wordt. Dat er gegaslight, geframed, betutteld en gepest wordt. Er kan alleen maar maatschappelijk ganzenbord worden gespeeld op het bord van de groep, volgens de regels van de groep en anders niet.
Zelfs taal is nu gekaapt door de progressief linkse groep, want laten we wel wezen, dat is die slimme groep met domme mensen. Door met steeds minder woorden te werken wordt de realiteit vereenvoudigd. Denk aan woorden waarin je moeilijk kunt inbreken als andersdenkende, zoals: samen, verbinding, populisme, islamofobie, overbruggen, hoop, toekomst, vertrouwen, optimisme. Buiten de groep klinken woorden als ‘plan’ dan ineens heel offensief. ‘Is islamisering een plán?? Nee hoor!’ Terwijl ‘plan’ een heel neutraal woord is, eigenlijk.
Het is een zware kluif, als je, zoals ik, bent opgegroeid in de jaren negentig, waarin een algeheel gevoel van vrijheid heerste. Nu moet ik toezien hoe die vrijheid verloren gaat. En waarvoor?? Voor een paar laffe apen die met een wollig dekentje van tante Gerda hun dagen slijten. Alle anderen mogen met hun waarheidsliefde, onderzoekende geest en lef om af te wijken van de norm, dat leventje niet verstoren. De laffe aap wil ze het liefst meenemen in zijn graf, langs de weg van de tirannie. Ze hebben misschien schijt aan alles, die apen, maar zolang ik een aap ben ook nog. Nog wel.