Het afgelopen decennium hebben Europese landen een ongekende mate van bevoegdheidsoverdracht richting Brussel ervaren. Als daar nu geen halt toe geroepen wordt, dreigt Europa definitief te verworden tot een technocratische federale staat die de ogen sluit voor de groeiende euroscepsis – ten koste van een solidair en democratisch Europa.
Deze week is het precies 10 jaar geleden dat Nederland in ruime meerderheid tegen de Europese grondwet stemde. Twee jaar later kwam die grondwet er alsnog, zonder referendum, verpakt in een nieuw jasje: het verdrag van Lissabon. Sindsdien heeft Europa roerige tijden beleefd, culminerend in de uitslag van de afgelopen Europese verkiezingen (mei 2014), waarbij zowel rechts als links grote winst behaalden. Maar in plaats van wakker geschud te worden gaat de Europese Commissie vrolijk door op dezelfde voet in haar streven naar tal van ‘unies’, zoals de energie-unie en de kapitaalmarktunie. De Britse premier Cameron profiteert ondertussen met zijn tour d’Europe van de groeiende euroscepsis en hoopt op een verdragswijziging in aanloop naar het Brexit-referendum. De Nederlandse regering doet helaas vrijwel niets om bevoegdheden terug te halen uit Brussel – ondanks eerdere beloftes.
De voorbeelden van de groeiende macht van Brussel zijn legio. Vooral op financieel-economisch terrein, met de komst van extra regels in aanvulling op het Stabiliteits- en Groeipact, is de invloed van Europese instellingen verregaand uitgebreid. Terecht sprak Barroso in deze context dan ook van “een stille revolutie” in de controle op onze overheidsfinanciën. Maar ook een initiatief als het Europees Openbaar Ministerie, waar nationale parlementen nota bene een gele kaart (kortgezegd een ‘njet’) over trokken die de Europese Commissie vooralsnog naast zich neer lijkt te leggen, is een ernstige aantasting van de soevereiniteit van onze nationale rechtstaten. En zoals de vlag er nu bij hangt, zal minstens 95 procent van het omstreden vrijhandelsakkoord met de VS (TTIP) gewoon voorlopig in werking treden als de onderhandelingen zijn afgerond – ook als het een gemengd akkoord wordt en een lidstaat straks tegen stemt.
Ruim een jaar terug werd in de Kamer gedebatteerd over het Burgerinitiatief “Geen EU-bevoegdhedenoverdracht zonder referendum”, dat mijn partij volmondig gesteund heeft. Helaas zijn alle pro-referendum moties destijds weggestemd. Positief was dat tegen de achtergrond van het Burgerinitiatief De Raad van State onderzoek deed naar ‘sluipende bevoegdheidsoverdracht’. Wat blijkt? Sluipende bevoegdheidsoverdracht vindt wel degelijk plaats, maar in de Europese context blijkt zij soms onvermijdelijk, zo constateert de Raad van State. Bovendien serveert de Raad het middel van het referendum af als instrument om een overdracht van bevoegdheden zonder verdragswijziging te verhinderen. Een gemiste kans.
De erkenning van de Raad van State van de onomwonden machtsoverdracht richting Brussel is winst, maar tegelijkertijd wordt er naar oplossingen gezocht binnen het bestaande kader. Om de verwording van Europa tot een technocratische, federale staat te stoppen, zijn echter veel verdergaande stappen vereist. Gelukkig zit de samenleving niet stil: vorige week publiceerde het Burgercomité EU een manifest waarin wordt opgeroepen tot het houden van een referendum over het EU-lidmaatschap, en dinsdag jongstleden bood het zelfde comité een petitie aan die pleit voor een parlementaire enquête naar de invoering van de euro.
De burger roert zich steeds meer in het debat over Europa, en dat is broodnodig. Nationale regeringen zouden deze ontwikkelingen met beide handen moeten aangrijpen om eindelijk de fundamentele discussie over de EU te voeren voordat zij worden ingehaald door de realiteit.