Andere mensen hun vrijheid afnemen is veel leuker dan zelf vrijheid beoefenen, is me de laatste tijd duidelijk geworden. Moslims die eind vorig jaar in Jakarta juichend de straten op gingen om de vervolging van een – ooit geliefde – gouverneur, Basuki Tjahaja Purnama, te eisen wegens blasfemie, genoten zichtbaar van hun boosheid. Maar op de tv ging het gejuich steeds over “boosheid”. Begrijpelijk misschien, dit pleziertje dat voor boosheid moest doorgaan was tenminste nog niet verboden. Waar plezier sterft, is boosheid misschien the next best thing.
De gevoelens van gelovigen in Westerse landen waar plezier nog niet verboden is, waaronder ook die van ideologisch-religieuze SJW’ers, linkse ‘moet-dat-nou-zo’ mensen, en andere beroepsslachtoffers, worden ook flink opgeschaald naar een plezierig soort ‘recht op niet gekwetst zijn’, nu al in sociale conventies maar de wetgeving komt er ook aan. Soms is zelfs niet waarneembare boosheid, zoals bij slachtoffers van ‘islamofobie’ al reden tot natte washandjes. Niet ieders gevoelens krijgen dezelfde behandeling. Alleen wie het appeal van een panda heeft, oftewel iets dat tussen lief en een bedreigde diersoort in zit, mag rekenen op bescherming tegen de boze buitenwereld. Anderen moeten zich maar over hun gevoelens heen zetten, en meestal doen ze dat ook.
Het afdwingbare ‘recht’ op gevoelens van veiligheid en respect zal er onvermijdelijk toe leiden dat er steeds meer gekwetste gevoelens zullen komen, in plaats van minder, zoals bij elke functionele rechtsbescherming wel het gevolg zou zijn. Met die onoprechtheid van de boosheid en gekwetstheid komt ook meteen het plezier aan het licht. Dat er steeds meer ‘islamofobie’ is, is omdat er steeds meer gekwetste gevoelens zijn, niet vanwege meer daders. Ik kan geen enkel ander voorbeeld uit de geschiedenis van het strafrecht noemen waarbij er zonder enig spoor van daders toch steeds meer strafbare feiten werden gepleegd, behalve in mythes en sagen, die meestal gingen over de wanhopige vraag waarom baby’s doodgingen en de oogst mislukte. De dief die alsmaar gevoelens van veiligheid en respect ‘steelt’ moet nog gesignaleerd worden, wil ik maar zeggen.
Of niet dus, want de hele bedoeling van boosheid, van de gekwetstheid, het SJW-gehuil om gebrek aan begrip voor van alles, het anti-seksisme gemoraliseer – tot ‘virtuele verkrachtingen’ aan toe – is in mijn observatie vooral het genieten van gekwetstheid. En anderen daarbij straffen, is wat het pas echt leuk maakt.
En zelfs al zou kritiek op religie of grove taal pijn doen, de relatie pijn en plezier is er. Gekwetst worden kan hele zelfgenoegzame gevoelens opwekken, vind ik zelf tenminste. En wie kent er niet de onbedwingbare behoefte om op een blauwe plek te drukken, of een zere kies, om als kind heel lang je adem in te houden, ondersteboven te hangen aan het klimrek tot je paars zag, je door een krabbetje te laten bijten. En dat is slechts kinderspel, soms gaat het veel verder, bij SM-praktijken die leiden tot de dood.
Er bestaat ook oprechte gekwetstheid of boosheid, zonder plezier. Om het verschil te kennen moet je jezelf onderzoeken. Voor mij geldt dat ik vaak pas naderhand weet wat het doel van mijn boosheid was, soms was het om iets anders te voelen dan moeheid, dus ook een soort plezier, soms om dingen af te reageren op een iemand, aan de telefoon, of door met een deur te slaan. Ik heb een soort ezelsbruggetje voor echte boosheid. Als ik denk aan iets anders dan het object of subject van mijn boosheid en datgene is óók ‘stom, achterlijk en gek’, dan is de boosheid onoprecht, dan hang ik gewoon ondersteboven aan het klimrek. Dan is het een door mijzelf opgestookt vuurtje dat gewoon moet doven. En dat gebeurt sneller als ik mijzelf betrap.
Onoprechte boosheid zoals ik nu overal zie, is niet eens boosheid, het is een manier om anderen te ontregelen, en plezier te beleven aan het afpakken van andermans vrijheid. Dat doen al die SJW’ers, klagende moslims, mensen die uit radiobussen weglopen, iedereen die boos wordt op mensen die vervolgens boos worden, die geen gekwetstheid voelen, maar kortstondig plezier.