Met zijn duizenden hebben ze in de rij gestaan en met zijn duizenden hebben ze de begrafenisdienst in de kathedraal van Leicester bijgewoond. En allemaal voor een koning die in de 15de eeuw maar twee jaar regeerde en daar ook nog een hele slechte pers aan overhield. Zo slecht dat de enige straat die naar hem genoemd is in Leicester, een doodlopende is. Hoe een loser een winnaar werd.
Begrijpelijk misschien dat de Britten meer geïnteresseerd zijn in hun verleden dan het heden. Ze hebben ook zoveel van het eerste (acht Hendriken alleen al, acht!). “De Britten leven in een oud land”, zei de schrijver Patrick Wright eens. Een land waar alle geschiedenis levende geschiedenis is en waar met man en macht wordt vastgehouden aan mythes en tradities, die vaak niet verder teruggaan dan de eerste aflevering van Top of the Pops. Een land waar ze zich liever blind staren op eeuwenoude veldslagen, dan door de kruitdampen naar de toekomst te kijken.
Niets spreekt meer tot de Engelse, romantische verbeelding dan de vondst van koninklijke botten onder een gemeentelijke parkeerplaats. Zoals het bestuur van Leicester, dat de stad ook wel eens op de toeristenkaart wil hebben, goed inschatte toen ze 300.000 euro uit de kas trok om Richard III in zijn kathedraal begraven te krijgen. Want geloof maar dat er om gevochten is, over waar die beenderen hun nieuwe laatste rustplaats moesten krijgen. Een uitspraak van het hooggerechtshof was nodig om uitdager York dat privilege te onthouden. Het eindresultaat, een vijfdaagse show met paarden, harnassen, een paar aartsbisschoppen, een hertog en een gravin, zie ik zelfs voor Jeremy Clarkson niet georganiseerd worden.
De Britten zijn in denial. Londen is allang niet meer het bruggenhoofd tussen Washington en het Europees continent, maar als je de pers moet geloven is de special relationship met de VS eeuwigdurend. In de grootste Europese conflicten, Griekenland en de Oekraïne, hebben de Britten zichzelf uitgeschakeld. Ze doen niet eens voor spek en bonen mee. Groot-Brittannië lijkt af te glijden in irrelevantie en internationaal isolement. Zeker, Amerikaanse presidenten en Chinese bedrijfsleiders doen nog steeds Engeland aan, maar niet voordat ze zich hebben laten zien in Duitsland en Brussel. Met een Brits been buiten de EU is het niet onmogelijk dat binnen een paar jaar ook het tweede uit het continent zal worden getrokken.
Met Richard III weten de Engelsen weer wie ze zijn. Niet modern, niet divers, maar overlopend van nostalgie en bijzonder getalenteerd in het neerzetten van een jolly good show. Daar is natuurlijk mee te leven. Tenzij je je aan de buitenwereld wilt presenteren als een internationaal centrum voor wetenschappelijke dynamiek of technische innovatie, terwijl je liever een goed geconserveerd pretpark bent.